Bevershoek ‘s-Gravendeel

Op vrijdag 18 maart 2016 was ik te gast bij Ed en Janny Peters, woonachtig aan de Oranjestraat 7 te ’s-Gravendeel. Ik sprak (voornamelijk) met Ed Peters, met als onderwerp van gesprek: hun herinneringen aan de tijd dat zij in de Bevershoek woonachtig waren (1967-1975).

Het jonge echtpaar kwam te wonen aan de boorden van de Kil, in een eeuwenoud huis. Ingeklemd tussen  het veerhuis/raadhuis enerzijds, en het belastingkantoor/tolhuis  met een halfrond torentje anderzijds. Op de luchtfoto zijn de huizen naast elkaar prachtig te zien. Vanuit de historische vereniging werd deze informatie verstrekt: V.l.n.r. woonden hier Baars (kapitein van de pont), Reijerkerk (zorgde met zijn kruiwagen voor transport van de Thor en was ook bakker), notaris Jan de Boer (daarvoor gemeentesecretaris Groeneveld de Kater) en het café. Dit café werd o.a. geëxploiteerd door Pieter Vervoorn, de Vlieger, Potappel, Andries Evera, Piet de Graaff en als laatste Bram Verkerk.

Van de stad naar ‘s-Gravendeel

verdwenen-wijkToen ik de eerste keer van ’s-Gravendeel hoorde dacht ik aan het Westland. Nooit van gehoord. Ik kom uit Amsterdam, Janny uit Purmerend. We waren al drieënhalf jaar verloofd, maar er waren gewoon geen huizen voor ons beschikbaar daar. Een enorme wachtlijst met duizenden wachtenden. Via dienstmaat Ad Monster, die verkering had met een ’s-Gravendeelse, maakte ik voor het eerst kennis met het dorp. Ad wist een woning leeg te staan, maar ik had geen economische betrekkingen. Het huis was eigendom van Sint Nicolaas, die had een tapijt- en meubelzaak hier. Zijn broer woonde daar eerst, na zijn verhuizing naar Mookhoek werd de bovenverdieping gebruikt als opslagruimte. We hebben een half jaar alleen de benedenverdieping gehuurd, daarna werd alles boven leeg gemaakt en kregen we de rest erbij. We betaalden eerst 15 gulden per maand, dat werd 17,50 toen we het hele huis tot onze beschikking kregen. In Amsterdam betaalde je toen 80 gulden per maand, maar ze waren hier al lang blij dat het verhuurd was. Niemand wilde er wonen vanwege die hoge waterstanden. In de tapijtwinkel moest ik de huur gaan betalen, de huurkaart werd daarbij afgestempeld. In de eerste periode had vooral Janny het moeilijk in het dorpse leven. Ze kon wel huilen, af en toe ging ze een week terug naar Purmerend. Gelukkig kwamen haar ouders ook vaak op visite en toen de kinderen naar school gingen kwamen er veel meer contacten. Ik ging natuurlijk de hele dag werken, dus voor mij was het veel eenvoudiger. Ik miste de stad helemaal niet.

Bevershoek 4

Het adres waar we woonden was Bevershoek 4, de achterzijde van het huis grensde vlak aan de rivier de Kil. Aan die achterzijde kwam je via een stenen trap bij de achterdeur, vandaar liep een lange gang naar de voordeur. Rechts zat de keuken, helemaal in de hoek. Links was onze woonkamer met daarnaast nog een zijkamertje, daar heb ik een groot aquarium gemaakt. Aan de voorzijde lag de aanbouw van de notaris, hij had daar een kantoortje laten maken, voorzien van houten rolluiken. Dat werd onze slaapkamer. De bovenverdieping was erg nauw, we noemden het ‘kruip door, sluip door’. Uit de achtergevel kwam een grote schoorsteen, op de vliering werd deze versleept naar het dak. Je moest onder die schoorsteen door kruipen om aan de andere kant te komen. Onze kinderen sliepen boven in twee kamertjes, gelukkig is er nooit wat gebeurd. Maar het was natuurlijk niet zo veilig allemaal.

De wijk Bevershoek

bevershoek4-voortuinDe wijk voelde als een dorp in een dorp. Het was daar goed wonen. Er woonden wel zeven gezinnen met kinderen, de verhalen worden altijd opgehaald wanneer we de buren van toen weer eens tegenkomen. Het was zo gezellig daar, we liepen bij elkaar naar binnen. Dat was ik in de stad niet zo gewend. Voor ons huis liep een doodlopend weggetje, een stoep naar beneden. De kinderen uit de buurt speelden daar allemaal, met een trekkertje scheurden ze met een noodgang naar beneden. We hadden een heerlijke voortuin, begrensd door een mooi hek. Er liepen ook dieren. Onze oudste twee kinderen zijn hier opgegroeid, het was een veilige buurt. Er kwam een bakker, een groenteboer en een melkboer, voor de rest zag je hier geen verkeer. Vanwege de bebouwing rondom de haven zaten we in een afgeschermd gebied. Er stonden huizen die als graanopslag voor Smaal dienden, er stonden ook enkele onbewoonbaar verklaarde woningen. In één daarvan zat een jeugdsoos, studio 19B.

Het water    

Hoewel dorpsbewoners waarschuwden voor natte voeten bleek het voor ons allemaal best mee te vallen. In het café van Verkerk, gevestigd in het oude raadhuis naast ons, stond de boel regelmatig blank. De Volkeraksluizen waren toen nog niet dicht, met een noordwesterstorm of een springtij steeg het water flink. Ons huis stond iets hoger, aan de Kilzijde kwam je in het huis via een hoge stenen trap. Die stond onder water, het water kwam in de kruipruimte tot 25 centimeter onder de vloer. Uit voorzorg heb ik wel eens onze kolenkachel op kratjes gezet, maar we bleven altijd net droog. Voor de deur konden we heerlijk zwemmen in de Kil, het was ook een prima plekje om te vissen. Ik heb vaak op paling zitten vissen met de buurman, in de zomerse nachten. In de buurt lag ook een roeiboot, van de eigenaar Pleun Verkerk (de vader van schaatser Cees uit Puttershoek) mochten we die gebruiken. Met mijn zwager roeide ik dan naar het nabijgelegen eilandje ‘de Krab’. Dat was ook een prima plekje om te vissen. Het uitzicht over het water was natuurlijk prachtig. We zagen zo de boten en de pont voorbij varen. De vorige aanlegplaats van de pont wordt hier ‘het oude veer’ genoemd, vanaf de verplaatsing naar het einde van de Maasdamseweg werd gesproken van ‘het nieuwe veer’. Daar in de buurt was altijd veel bedrijvigheid vanwege de zandtrechter. Het bedrijf van Dick van der Linden liet hier per schip zand aanvoeren, met zandwagens werd het allemaal afgevoerd.

De buren

Het oude raadhuis was eigendom van Piet de Graaf, hij verhuurde het aan de Bram Verkerk. Die runde met zijn vrouw Bets een café daar. Een druk café, er werden ook bruiloftsfeesten gehouden. En dat hebben we geweten. Ons huis was ooit bewoond door een notaris, hij had een kantoortje laten aanbouwen. In dat kantoor hebben wij onze slaapkamer gemaakt, grenzend aan de keuken van het café. Het aanrechtblad zat aan de andere kant van de muur. Na zo’n feest werden daar de kopjes afgewassen. Maar we waren zelf ook jong en ook aan de herrie en de muziek van die feesten hebben we ons nooit gestoord. Het was gewoon een gezellige buurt. Aan de andere kant van ons huis woonden meerdere huishoudens, alles was bewoond, ook het huis op de hoek met karakteristieke toren.  

Economie & Nostalgie

Het huis moest wijken voor de economie. Er zat hier een bocht in de rivier, die is eruit gehaald vanwege de scheepvaart. Er staan nu wat wilgenbomen op die plek. We hebben het nog steeds over ‘het oude veer’, het was een hele leuke buurt om te wonen, we hebben er veel herinneringen aan. Eind jaren zestig werd er ooit een lichaam in het water gevonden, ik geloof dat het een schipper was. Ook maakten we mee dat even verderop, voorbij de watertoren, een schip met bananen zinkende was. Het hele dorp liep leeg om bananen op te halen, ik genoot in opperste verbazing voor mijn huis van dit schouwspel. Op het laatst vroeg buurman Bas of de brandweer mocht oefenen in ons huis. Er kon toch niets meer kapot gaan, dus ik heb toestemming gegeven om te spuiten. Die kleine van ons stond in de gang in de nevel, dat was prachtig om te zien.

Het vertrek

Er was altijd al sprake van sloop, dus het kwam niet als een verrassing. Maar het was zonde dat we weg moesten, echt heel jammer. Uiteindelijk hebben we er nog acht jaar gewoond. Wij waren één van de laatsten die vertrokken. Mijn huisbaas was het nog niet eens over de voorwaarden van onteigening, om die reden kregen wij nog geen verhuiskosten uitgekeerd. Aan de overkant bij Wieldrecht was een kantoortje van Rijkswaterstraat, daar kwam ik wel eens om te informeren naar het laatste nieuws. Toen het allemaal naar tevredenheid geregeld was kwam ik regelmatig terug om spulletjes op te halen in het huis, in oktober 1975 heb ik daar voor het laatst de deur dicht getrokken. We hadden er wel hartzeer van dat we weg moesten, bij de sloop zijn we ook niet wezen kijken. Het hele gebied is gesloopt, behalve enkele huizen aan de haven. We zijn verhuisd naar de Wilhelminastraat. Het was maar 100 meter verder, maar het was heel anders daar, vooral qua uitzicht. Vanwege sloop en renovatie hebben we ook de Wilhelminastraat moeten verlaten, nu wonen we hier naar volle tevredenheid aan de Oranjestraat.

Foto’s ‘Bevershoek’

wittehuis-links-notarishuis-bevershoek4 overzicht-bevershoek bevershoek4-voortuin aandekil-winter

Fotoserie ‘Verdwenen wijk’ – 18 maart 2016

Knipsel ‘Woningen wijken’

(klik op de afbeelding voor een vergroting)

knipsel-woningen-wijken

Knipsel ‘Dorp in een dorp is nu een parkje’ – AD 22 april 2016

(klik op de afbeelding voor een vergroting)

ovt-aflevering-015-bevershoek4-sgravendeel-22april-1600

Updated: juli 21, 2016 — 1:26 pm
  1. Prachtig mijn oude buurt waar ik ben opgegroeid. In dat huis waar Ed Peters gewoond heeft ,woonde in de oorlog duitse marine soldaten .kreeg ik zo af en toe wel eens een heerlijk bord eten van. Dat trapje aan de waterkant kwamen ze als er alarm was als gekken naar beneden stormen om naar de boten te gaan.wij zijn als kinderen wel eens overlopen toen we daar aan het spelen waren.
    Altijd een gezellige buurt geweest met veel kinderen.

  2. Goos van Voorthuisen

    In het laatste huis van het rijtje aansluitend vanaf het café woonde naar ik weet Bart Baars in de volksmond Bartie Baars genoemd. De vader van Nel Baars de vriendin van Rijnie van Voorthuisen en Bets Jongbloed in hun jonge jaren voor hun huwelijken. Bart Baars was een eenvoudige man die veel op het water aan het vissen was. Hij at de hele week ingemaakte producten zoals andijvie wat vroeger veel gedaan werd. Daarnaast veel vis die hij zelf ving in de Kil. Rijnie van Voorthuisen van de woninginrichter en Bets Jongbloed van het postkantoor waren vriendinnen met Nel Baars. Het leuke van het wonen langs het water was dan ook met Nel en de vriendinnen leren zwemmen in de Kil, maar dan wel aan het touw, wat door Bartie geïnstrueerd. Bijzonder was in die tijd dat de dochter Nel Baars een opleiding ging volgen bij de Nederlandse vrouwelijke Marine ,,De MARVA,, , en dat mijn zuster Rijnie dat ook wel interessant vond en Nel daar in volgde met een opleiding in Den Helder , op het opleidingschip ,,De Schorpioen,, waar ze alle twee in de vijftiger jaren een baan gehad hebben.

  3. Het huis met het halfrond torentje,daar heb ik nog veel herinneringen aan,ben daar veel binnen
    geweest ,dit kwam omdat daar familie van mij daar gewoond heeft.
    Dit was Oom Jan Visser de vlasser en zijn gezin met mijn Opa Dubbeldam die later in de Langestraat zijn gaan wonen.
    Opa heeft mij daar in de Kil zwemmen geleerd.Dat ging niet zachtzinnig een touw om mijn buik
    een tik met de klomp zo de Kil in dat vergeet je niet.Welk jaar weet ik niet meer.

  4. Bijzonder verhaal. Ben daar geboren en heb daar een fijne jeugd gehad. Mooie herinneringen.

Laat een antwoord achter aan Bas Tak Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.