1739 – Ambachtsheren van Piershil – Gevers

Daar Mr. Hendrik Pelt kinderloos was gebleven, vererfde de ambachtsheerlijkheid Piershil op de vierentwintigjarige neef van zijn tweede vrouw Mr. Hendrik Gevers, secretaris van Rotterdam. Op 4 oktober 1739 werd Gevers beleend met Piershil, dat nog nauwelijks was bekomen van een vreselijke brand, die er had gewoed. Ter opbeuring van de getroffen bevolking schonk hij met zijn echtgenote Catharina Noorthey in 1744 en 1747 aan de kerk een zilveren avondmaalsschotel en twee dito avondmaalsbekers en voegde er in 1753 een kleine kerkklok aan toe. De fraaie ambachtsherenbank in de kerk is ook van dit echtpaar afkomstig. Omstreeks deze tijd vinden we melding gemaakt van het bestaan van een leerlooierij in het dorp en de aanwezigheid van een stukje land in de Eendrachtspolder, nagelaten door Jkvr. Constantia Wilhelmina van Hesse. Evenals haar verwanten Le Chastelain was Constantia in Alkmaar gaan wonen en daar op 2 november 1747 in de Grote Kerk met haar zestien kwartieren begraven. Mr. Hendrik Gevers bracht het tot burgemeester van Rotterdam, maar bleef kinderloos, zodat Piershil in 1761 vererfde op zijn tante Hillegonda Gevers, weduwe van de koopman in kruidenierswaren en schepen van Schieland Pieter Meerman. In verband met de collaterale successie moest door schepenen van Piershil een taxatie van zijn nagelaten goederen plaatsvinden. Hieraan ontlenen we de wetenschap, dat de ambachtsheerlijkheid 9600 gulden waard werd geacht. Voor het herenhuis, waaraan een nieuw ‘kookhuis’ was aangebracht, het koetshuis en de stal met de tuinen, boomgaarden, lanen en vijvers werd een bedrag van 3000 gulden aangenomen. Voor een hoeveelheid land 4000 gulden; voor de dijk van Oud Piershil 1300 gulden; voor een ander stuk dijk 900 gulden; voor het blok tienden in Nieuw Piershil 550 gulden, terwijl de korenmolen op 1200 gulden, de schaftgelden en een stuk boomgaard op 950 gulden en tenslotte een huis in het dorp benevens drie nieuwe woningen op 1250 gulden werden geschat. Het totale bedrag van 22.750 gulden was ongetwijfeld hoger dan hetgeen de heerlijkheid in 1721 had opgebracht”, Door het tussentijds overlijden van Hillegonda Gevers was het niet zij, maar haar zoon Mr. Pieter Meerman, raadsheer in het Hof van Holland, op wie Piershil op 10 maart 1762 overging.

Het wapen op het rouwbord ‘Gevers’ – Kerk Piershil

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.