1951 – De opening van de kleuterschool

Op woensdag 12 september 1951 werd in Piershil de kleuterschool geopend.

Artikel ‘Piershil heeft een moderne kleuterschool’ – Nieuwsblad voor de Hoeksche Waard 14 september 1951

Gebouwd dank zij de eensgezindheid in deze gemeente

Woensdagmiddag is onder grote belangstelling de kleuterschool van de Vereniging Kleuterschool Piershil geopend. Deze school kon worden gebouwd dank zij de eensgezindheid en de medewerking van de inwoners in deze gemeente. Deze school biedt alle kansen voor de ontwikkeling van het modem kleuteronderwijs. Piershil heeft kans gezien door de onderlinge samenwerking van haar bewoners, voor de kleuters in deze gemeente een school te bouwen, welke ruim, modern en fris is. De kinderen, die deze school zullen bezoeken, zullen werkelijk niet het idee krijgen, dat zij gestuurd worden naar een school, een gebouw met enkele lokalen waarin zij, net als de groteren, de gehele lag in een bank moeten zitten. Integendeel. In dit gebouw krijgen de kleuters in de vorm van modern kleuteronderwijs de gelegenheid om door spel zich te leren aanpassen aan de gemeenschap. Dit gebouw, dat verdeeld is in twee grote lokalen, één voor te werken en één voor te spelen, biedt daartoe alle kansen. Deze nieuwe school, gebouwd naar een model te Rilland Bath, heeft een capaciteit voor dertig leerlingen, die niet alleen binnen, maar ook buiten kunnen spelen. Nabij het schoolgebouw is voor ie kleuters een grote zandbak aangelegd. Dat de kinderen niet alleen zullen spelen maar ook zullen leren bewijst wel het keukentje, dat in het werklokaal is aangebracht. Hier zullen de meeste kleuters hun eerste (zij het wankele) schreden zetten in het huishoudelijk werk. Gisteren reeds in men begonnen met de kleuters in deze nieuwe school onderricht te geven. Onder veel belangstelling is de school namens het gemeentebestuur door burgemeester W. J. D. van Dijck aan het schoolbestuur overgedragen. Deze plechtigheid werd o.m. bijgewoond door de heer M. J. Kamerman, referendaris van de Provinciale Griffie; mej. H. J. Glasz, inspectrice van het kleuteronderwijs, de neer J. H. de Groffau, burgemeester van Rilland Bath, de wethouders van Piershil, de heren P. C. Vink en A. Kooij; de wethouders van Nieuw-Beijerland, de heren A. Maasdam en G. van Rij; raadsleden, dokter E. van Luijt, schoolarts; Ds. W. Okken, Ds. K. Schipper, mej. M. C. Kool, leidster van deze school, het schoolbestuur, leden van de oudercommissie, het damescomité, de hoofden van de scholen in Piershil, de heren I. Gaakeer en M. de Quartel en de aannemers.

„Moge deze kleuterschool een hechte schakel zijn in de keten van de opvoeding der jeugd in de gemeente Piershil.” Met deze woorden overhandigde de burgemeester de sleutel aan de voorzitter van het schoolbestuur, de heer J. van Bergeijk. Voor deze overhandiging had de burgemeester tijdens zijn welkomstrede aandacht gevraagd voor het welzijn van de jeugd in Piershil. Hij vroeg dit mede naar aanleiding van de zedendelicten, welke zich onlangs in deze gemeente hebben voorgedaan. De burgemeester ging met enkele woorden na wat de oorzaak daarvan zou kunnen zijn. Spr. vroeg zich af of dergelijke voorvallen te wijten zijn aan de gevolgen van de laatste oorlog; of aan de slechte woningtoestanden; of aan het feit, dat de jeugd in Piershil „vergeten” wordt. Zijn de ouders wel altijd bereid die offers te brengen nodig voor de opvoeding? zo stelde spr. de vraag. Zijn zijn er wel van doordrongen dat de opvoeding van het komende geslacht reeds moet beginnen bij de wieg? Naast de opvoeding in het gezin, de kern ervan, moet deze in de school worden voortgezet. Ziet het onderwijzend personeel deze taak altijd als een roeping? Of denkt men dat om 4 uur de dagtaak is afgelopen?

De Kerk klaagt dat zij de jeugd niet kan vasthouden. Is het niet zo dat de Kerk een tijd lang heeft gedeserteerd en alleen catechisatie gaf? En de overheid, wat doet die voor de jeugd? Het gezin, de School, de Kerk en de Overheid moeten samenwerken aan de opvoeding der jeugd. Daarom is het een verheugend teken dat in Piershil, dank zij de eendracht, welke er in deze gemeente heerst, een kleuterschool kon worden geopend. Want de kinderen, die deze school bezoeken, zullen onder een goede leiding reeds de eerste stappen in het openbare leven kunnen zetten. Deze school, aldus de burgemeester, is niet alleen van belang voor de geestelijke gezondheid, maar ook voor de lichamelijke. Thans wordt het vacuüm dat bestaat tussen het consultatiebureau en de lagere school voor deze kleuters opgeheven. Het is goed dat de kleuters van vierjarige leeftijd medische verzorging krijgen. Blijkens het laatste rapport van de schoolartsendienst is de gezondheidstoestand van 50% der schoolgaande kinderen niet goed. Het is te hopen, dat deze toestand mede door deze kleuterschool wordt verbeterd. Vervolgens memoreerde spr. het ontstaan van deze school, waarvoor de gelden bijeen zijn gebracht door de vrijgevigheid van particulieren, aangevuld met een gemeentelijke subsidie. De voorzitter van het schoolbestuur, de heer J. van Bergeijk, dankte het gemeentebestuur en allen die mede geholpen hebben tot het tot stand brengen van deze school. Mej. Glasz hield een betoog over het kleuteronderwijs. Zij noemde deze school doelmatig en aesthetisch verantwoord. Zij besloot haar rede met felicitaties aan het schoolbestuur om dit gebouw en aan het gemeentebestuur om de eendracht in deze gemeente. Wethouder Van Rij zeide te hopen, dat „Den Haag zich spoedig zal ontfermen over Nieuw-Beijerland”. De plannen voor het bouwen van een nieuwe kleuterschool in Nieuw-Beijerland zijn reeds goedgekeurd en de gelden door de gemeenteraad gevoteerd. Het wachten is nu maar op opheffing van de bouwstop op de kleuterscholen. Burgemeester De Groffau zeide, zich direct thuis te gevoelen in deze „tweelingschool”. De voorzitter van de oudercommissie in Nieuw-Beijerland, de heer L. Boer, onderstreepte hetgeen wethouder Van Rij had gezegd. „Een grotere broer kan toch niet voor een kleinere onderdoen”, aldus de heer Boer. Nadat wethouder Kooij van Piershil had gesproken, voerde dokter Van Luijt het woord. De gemeenschap als zodanig heeft met de bouw van deze school ruimschoots haar plicht gedaan. In dit ruime gebouw zal men, wanneer een besmetting optreedt, dat niet kunnen wijten aan het gebouw. Het is te hopen, aldus spr., dat de ouders hun taak zullen verstaan en geen kinderen, die ziek, zoals b.v. verkouden zijn, bronchitis hebben etc. naar deze school zullen sturen, waardoor andere kinderen gevaar lopen die ziekten eveneens te krijgen. De voorzitter van de kleuterschool te Goudswaard, Ds. Schipper, gaf uiting aan zijn hoop, dat ook in Goudswaard eens een dergelijke school zou kunnen worden gebouwd. Maar in Goudswaard stuit men op allerlei moeilijkheden, aldus spr.

Mej. Kool, hoofd van deze school, zeide de belangen van deze school zo goed mogelijk te zullen behartigen. De laatste spreker was de voorzitter van de oudercommissie, de heer J. Hooghart. Hij bood namens de ouders een vlag met een vlaggestok aan. Tot besluit van deze plechtige bijeenkomst hees mevr. J. W. van Dijck-Hofman de nieuwe vlag, waarna de genodigden nog enige tijd gezellig bijeen bleven.

Knipsels ‘Aanbesteding van een 2 klassige kleuterschool – februari 1951

De bouw werd gegund aan de laagste inschrijvers: de aannemerscombinatie Bastemeijer & v.d. Merwe (Poortugaal/Piershil). Op de groepsfoto staat één van hen: Engel van der Merwe.

Foto’s ‘De opening van de kleuterschool’ – 12 september 1951

Van links naar rechts Willem Roest, Arie Bijl, Jacob Oprel, Leen Bruijnzeel, Jan Hooghart, Janus Kooij, Cor Veerman, Juffrouw Maaike Kool, Kees Klokkenburg, Burgemeester W.J.D. van Dijck, Geert Roest, Pleun Roest, Piet Vink, Jan van Bergeijk, Bas Bouman, Piet van Prooijen, Hans van der Waal, Engel van der Merwe en Janus Veerman.

Document ‘Vergadering tot oprichting van een kleuterschool’ – 8 februari 1950

Aanwezig 24 personen. Het voorlopig comité voor de oprichting van een kleuterschool, bestaande uit de heren J. v. Bergeijk, A. Bijl en J. Oprel, deelt bij monde van de heer Van Bergeijk mede dat bij hen plannen zijn gerezen om te komen tot het oprichten van een kleuterschool. Spr. zegt dat de bedoeling is, op te richten een kleuterschool zonder meer, los van een openbare- of bijzondere lagere school.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.