In de archieven van De Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC) komen ook de namen voor van twee Piershillenaars: Hendrik van der Meer en Reijnier Willemsz.
Hendrik van der Meer voer uit met het schip Vreeburg. Dit schip werd gebouwd in 1764 voor de Kamer van Delft op de VOC-werf in Delfshaven. Het schip werd gebruikt vanaf 1764 tot 1781. Lengte: 140 voet, Laadvermogen: 425 last (850 ton), Bemanning: 224-286 koppen.
Hendrik keerde nooit meer terug naar Nederland; hij overleed in Azië.
Voornaam opvarende: Hendrik
Tussenvoegsel opvarende: van der
Achternaam opvarende: Meer
Herkomst opvarende: Piershil
Datum indiensttreding: 23-09-1775
Functie bij indiensttreding: Matroos
Uitleg over functie waak- en roergang; laden en lossen; reinigen, teren en kalfaten van het schip; af- en aanslaan van de zeilen; helpers van de onderofficieren. Ook wel bootsgezel.
Uitgevaren met het schip Vreeburg
Datum uit dienst: 1776-07-30
Waar uit dienst: Azie
Reden uit dienst: Overleden
Schuldbrief: Ja
Maandbrief: Nee
Reijnier Willemsz vertrok met het schip ‘Ritthem’. Dit schip werd gebouwd in 1732 voor de Kamer van Zeeland op de VOC-werf in Middelburg. Het schip werd gebruikt vanaf 1732 tot 12 oktober 1737. Lengte: 110 voet, Laadvermogen: 350 ton, Bemanning: 80 koppen. Als gevolg van een tsunami op 11 oktober 1737 werd het schip aan land gesmeten en onherstelbaar beschadigd (afgelegd in Bengalen op 12 oktober 1737).
Reijnier keerde terug met het schip Zoetelingskerke. Onder leiding van schipper Huibrecht op den Dijk vertrok de Zoetelingskerke uit Batavia op 14 oktober 1735. Van 24 december 1735 tot 1 maart 1736 verbleef het schip op Kaap de Goede Hoop en de reis naar huis duurde tot 26 juni 1736. Het schip kwam aan in Fort Rammekens, een Nederlands fort bij Ritthem, dat toegang gaf tot de haven van Middelburg, op enkele kilometers ten oosten van Vlissingen aan de Westerschelde.
Afbeelding ‘Fort Rammekens’
Voornaam opvarende: Reijnier
Achternaam opvarende: Willemsz
Herkomst opvarende: Piershil
Datum indiensttreding: 29-01-1733
Functie bij indiensttreding: Matroos
Uitleg over functie waak- en roergang; laden en lossen; reinigen, teren en kalfaten van het schip; af- en aanslaan van de zeilen; helpers van de onderofficieren. Ook wel bootsgezel.
Uitgevaren met het schip Ritthem
Datum uit dienst: 1736-00-00
Waar uit dienst: Zoetelingskerke
Reden uit dienst: Gerepatrieerd
Uitleg over reden einde dienstverband Teruggekeerd naar Nederland en afgemonsterd.
Schip terugreis: ZOETELINGSKERKE
Kamer terugreis: Zeeland
Datum terugreis: vertrek 1735-10-14
Datum terugreis: aankomst kaap 1735-12-24
Datum terugreis: vertrek kaap 1736-03-01
Datum terugreis: aankomst 1736-07-26
Schuldbrief: Ja
Maandbrief: Nee
In 1723 werd ook een schip voor de West-Indische Compagnie gebouwd, genaamd de Piershil [Zie: Het slavenschip Leusden door Leo Balai]. 2 jaar daarvoor was de heerlijkheid Piershil in bezit gekomen van een bestuurder van de WIC, Mr. Hendrik Pelt. Hij zal de opdracht (en wellicht ook de financiële middelen) tot bouw van het schip hebben gegeven. De Piershil was een relatief kleiner schip met een lengte van 80 meter, 20 bemanningsleden en 4 kanonnen. Dit schip werd op de transatlantische slavenhandel ingezet als retourschip tussen Europa en Afrika. Er zijn dus nooit slaven mee vervoerd, maar goederen die met de handel werden verkregen. Het schip is tussen 1723 en 1735 in de vaart geweest en heeft 4 maal een retourtocht voltooid.
Interessant Dusty, deze geschiedenis was mij onbekend, dank!