1952 – Waterleiding voor Piershil

Op 12 mei 1952 werd Piershil aangesloten op het buizennet der drinkwaterleiding.

Artikel ‘Blijde dag voor Hoeksche Waard-west’ – Nieuwsblad voor de Hoeksche Waard 14 mei 1952

Waterleiding in Nw-Beijerland in gebruik gesteld – Commissaris der Koningin verricht ceremonieel

„12 Mei 1952, een bijzondere dag voor de Hoeksche Waard, een blijde dag voor de gemeenten Nieuw-Beijerland, Goudswaard en Piershil, laat mij zeggen een historische dag, een dag, waar velen reikhalzend naar hebben uitgezien, een dag, die als gevolg van de inzichten van anderen eerst heden, d.w.z. tenminste 25 jaren te laat, is aangebroken. Een dag, die Gode zij dank, dan toch gekomen is, een dag, waarop degenen, die nu aangesloten worden op het buizennet der drinkwaterleiding, een zucht van verlichting slaken en uit kunnen roepen: „Geen zorgen over water meer, de leiding brengt een ommekeer”. Zo ving de burgemeester van de genoemde gemeenten, de heer W. J. D. van Dijck, zijn toespraak aan, die hij Maandag hield in het Verenigingsgebouw van de Ned. Herv. Kerk te Nieuw-Beijerland, voordat mr. Kesper, de Commissaris der Koningin in Zuid-Holland het waterleidingnet symbolisch in gebruik stelde. Het was feest in deze gemeenten. Daarvan getuigden de vele van huizen en openbare gebouwen wapperende vlaggen, dat bewees de feestelijke stemming der bevolking en dat bleek ook uit de zang van de schoolkinderen, die een toepasselijk lied zongen, nadat de Commissaris de symbolische handeling had verricht door het opendraaien van een afsluiter op het terrein van de Ned. Herv. Kerk, waardoor een drietal fonteinen in de gracht rond het kerkgebouw, het leidingwater omhoog deed spuiten.

Weliswaar was de symbolische in gebruik neming van de waterleiding alleen daarom al symbolisch, omdat de bewoners in werkelijk nog geen gebruik mogen maken van de waterleiding. Als men dan ook zijn oor hier en daar te luisteren legt, bemerkt men een zeker ongeduld bij de betrokkenen. Het is echter nu nog maar een kwestie van dagen, die in het niet zinken in vergelijking met de lange, lange jaren, waarin de bevolking ten aanzien van de waterleiding reeds geduld heeft moeten oefenen. Bovendien was het Maandag pas juist één jaar geleden, dat de eerste spade voor de uitvoering van dit project in de grond werd gestoken. Er was voor burgemeester Van Dijck Maandag dan ook alle reden om te spreken van een bijzondere, een historisch en vreugdevolle dag.

Een lange weg

Het is een lange weg geweest, voor het zo ver was. Daarvan getuigde de heer Van Dijck in zijn toespraak. Het was nog tijdens de eerste wereldoorlog — ongeveer 35 jaar geleden — dat er reeds werd gesproken over de wenselijkheid om tot een betere drinkwatervoorziening te komen, speciaal voor Nieuw-Beijerland. Het duurde echter nog tot de zomer van 1924, alvorens op uitnodiging van de toenmalige burgemeester van Nieuw-Beijerland, de heer Ninaber, de raden van de drie gemeenten in een gecombineerde vergadering bijeenkwamen om de mogelijkheid te bespreken om de gemeenten van leidingwater te voorzien. Een oplossing werd er echter niet gevonden, omdat men van mening was, dat de kosten boven de financiële draagdracht der betrokkenen zouden gaan. In 1928 werd er een commissie van negen man ingesteld met als voorzitter, de burgemeester van Nieuw-Beijerland. Er bleven echter moeilijkheden te overwinnen. Een der commissieleden deelde mede, dat men in Goudswaard onder de bevolking met lijsten werkte tegen de waterleiding en dat 95 % der bevolking door middel van handtekeningen zich tegen de waterleiding had verklaard. Niettemin zette de commissie moedig door, zo memoreerde burgemeester Van Dijck, en twee jaar later vielen er zelfs verschillende belangrijke besluiten. Maar daarmee scheen de commissie echter al haar kruit verschoten te hebben, want het duurde 15 jaar voordat zij weer bijeen kwam, dan onder voorzitterschap van burgemeester S. Hammer. Het was toen inmiddels 1945 geworden. De oude plannen, aansluiting bij de waterleiding van Oud-Beijerland, gingen toen geheel van de baan. Men was van oordeel, dat het voordeliger zou zijn water uit Rotterdam te betrekken. Er volgde weer een periode van ijverig vergaderen. In Augustus 1949 werd er een rapport van het ingenieursbureau Mabeg besproken en in beginsel besloten tot oprichting van een stichting en om de drie gemeenten van water te voorzien, mits er een subsidie verleend zou worden door het rijk en/of de provincie.

„Geld of gezondheid”

Het was April 1950 toen burgemeester Van Dijck ambtshalve het voorzitterschap der commissie aanvaardde. Een maand later, bij het bezoek van Ged. Staten aan de Hoeksche Waard, heb ik namens de drie gemeenten een noodkreet laten horen en uitgeroepen: Helpt ons. Maar mijn stem was die eens roepende in de woestijn, aldus spr. Toen er geen hulp te krijgen bleek en alles mis scheen te lopen, heeft de commissie zich tenslotte deze vraag gesteld: ,,Wat is belangrijker: geld of gezondheid?” Vijf en dertig jaren was de watervoorziening afgestuit op het geld. Inmiddels had een typhus-epidemie Spijkenisse getroffen, met alle verschrikkelijke gevolgen van dien. Wij wisten nu, dat op subsidie niet behoefde te worden gerekend. Maar de commissie was nu vast besloten haar verantwoordelijkheid te dragen; zij zag in, aldus burgemeester Van Dijck, dat de volksgezondheid zwaarder moet wegen dan het geld en zij besloot de raden der drie gemeenten voor te stellen het plan uit te voeren zonder subsidie. Op 8 September 1950 kwam het plan in de betrokken gemeenteraden en zij het, dat het in de vergadering te Goudswaard spande en er drie uur gediscussieerd moest worden, het eindresultaat was, dat in alle drie raden de voorstellen met algemene stemmen werden aangenomen. De strijd was gestreden en gewonnen. Het intercommunale lichaam Drinkwatervoorziening Hoeksche Waard West was gesticht. Wij dachten, dat wij er waren, maar dat kwam anders uit. Moeilijkheden en problemen van geheel andere aard gingen zich voordoen. Het investeringsprobleem deed zijn intrede en ook de materiaalpositie was moeilijk geworden.

Eensgezindheid…

Wij vochten verder met moed en vertrouwen, maar bovenal — ik stel er prijs op dit te verklaren — in eensgezindheid en ik geloof dan ook, dat het juist die eensgezindheid was, die teamgeest, die ons deed slagen. Begin Juni 1951 werd het werk gegund en op 8 Juni 1951 kwam het motorschip „Vertrouwen” met de eerste zending buizen aan. Eerst toen geloofden de inwoners der drie gemeenten, dat de aanleg der waterleiding doorging en vandaag zijn wij zover, dat de eerste kranen kunnen worden opengedraaid. Nog niet alle bewoners kunnen vanaf heden van hun aansluiting profiteren, maar binnen enkele weken zullen wij allen kunnen zeggen, wat ik aan het begin van mijn toespraak zeide: „Geen zorgen over water meer, de leiding brengt een ommekeer”. Dat wil zeggen, dat wij verlost zijn van vuile of lege regenputten. Door verzilting en door het lage polderpeil hebben vele boeren ’s zomers met watertekort te kampen; ook hierin komt nu verbetering. Op vele plaatsen is bij brand geen of niet voldoende bluswater aanwezig. Door de aangebrachte brandkranen hoopt de brandweer in het vervolg snellere en betere resultaten te bereiken. Burgemeester Van Dijck dankte de Commissaris der Koningin voor de grote morele steun, die hij op bepaalde momenten van hem heeft mogen ondervinden. Als aandenken aan deze dag bood de burgemeester namens het bestuur aan de Commissaris een wandbord aan, waarop stond geschreven: „Geen zorgen over water meer, de leiding brengt een ommekeer”. Nieuw-Beijerland – Goudswaard Piershil. 12 Mei 1952. Eveneens bracht spr. dank aan Ged. Staten voor de lening, die zij hebben verstrekt, waardoor aan de financiële verplichtingen kon worden voldaan. Burgemeester Van Dijck achtte het een moeilijk punt om aan de commissie als zodanig woorden van dank te spreken. Velen hebben in de loop der jaren in de commissie zitting gehad en bij het uitspreken van dankbetuigingen zou men licht iemand te kort kunnen doen. Voor één persoon wilde spr. echter een uitzondering maken en wel voor wethouder Vink van Piershil, die eerst lid van de commissie was en later lid van het bestuur is geworden en steeds ijverig in de weer is geweest om de drinkwaterleiding tot stand te brengen. Verder bracht spr. dank aan de directie van de Prov. Waterstaat en de dijkgraaf van het Waterschap de Hoeksche Waard en de voorzitter van de verschillende polders, die toestemming tot de aanleg van buizen door hun polders hebben gegeven. Jammer achtte spr. het echter, dat een van de polderbesturen gemeend heeft recognitie te moeten berekenen. Spr. hoopte echter, dat dit bestuur alsnog op zijn besluit zal terugkomen. Vervolgens betuigde spr. zijn erkentelijkheid aan de heer Gerber van het ingenieursbureau Mabeg, die de plannen heeft ontworpen, de Fa. Visser en Smit, die het werk heeft aangenomen en in kort tijdsbestek heeft uitgevoerd, Ir. De Waal van de N.V. Eternit, de heer Meurs, leverancier van de meters, de chef van het kabinet van de Commissaris, mr. Dinger, die namens de drie raden en het bestuur van de drinkwatervoorziening een wandbord ontving en het bestuur en de directie van de Oud-Beijerlandse Hoogdruk Waterleidingmaatschap mij, waarmede de Drinkwatervoorziening Hoeksche Waard West een contract voor 50 jaar heeft afgesloten. Burgemeester Van Dijck hoopte, dat men hiervan nooit spijt zal hebben en dat hierdoor een gemeenschapsbelang en de volksgezondheid gediend zullen worden.

Compliment voor burg. Van Dijck

Mr. Kesper bracht dank voor het hem aangeboden geschenk en zeide, dat het voor hem een grote vreugde was deze dag mee te maken, waarop voor de Hoeksche Waard de aanleg van drinkwaterleiding tot afsluiting is gekomen. Hoewel er in Oud-Beijerland reeds in 1888 een drinkwatervoorziening tot stand kwam, moest het tot heden duren, voor de gehele Hoeksche Waard van drinkwater is voorzien, aldus mr. Kesper. Wanneer er één man is, die aan het thans bereikte resultaat op bijzondere wijze heeft bijgedragen, dan is dat wel burgemeester Van Dijck. Spr. wees ook op de belangstelling die burgemeester Hammer voor de drinkwatervoorziening aan de dag heeft gelegd, en het aandeel dat hij in het voorbereiden der plannen heeft gehad. Mr. Kesper achtte het verheugend, dat er na een lange burgemeestersvacature in de drie Westelijkste gemeenten van de Hoeksche Waard een burgemeester aan het bewind kwam, die de waterleiding als nummer een op zijn programma zette. Voor het verwezenlijken der plannen moest zwaar gevochten worden en de omstandigheden waren lang niet gemakkelijk. Burgemeester Van Dijck heeft bij dit werk getoond een man van grote volharding te zijn en ook over koopmanschap en technische kwaliteiten te beschikken, aldus spr. De Commissaris sprak zijn hartelijke gelukwensen uit aan de gemeentebesturen van Nieuw-Beijerland, Goudswaard en Piershil met het resultaat en hoopte, dat de drinkwatervoorziening de gemeentenaren tot heil zal mogen strekken.

In gebruikstelling

Het gezelschap, begaf zich vervolgens naar buiten om de symbolische in gebruikstelling van de waterleiding door mr. Kesper bij te wonen. Van de zijde der bevolking was er uiteraard zeer grote belangstelling voor dit gebeuren. Nadat de Commissaris der Koningin drie fonteinen in de kerkgracht in werking had gesteld, zongen de schoolkinderen van de lagere scholen het lied van Zuid-Holland. Mr. Kesper, kennelijk verrast door deze aardige geste, onderhield zich enige tijd met de kinderen en het onderwijzend personeel.

Bij de foto: Nadat het ceremonieel van de ingebruikstelling was verricht, zongen de Nieuw-Bejjerlandse schoolkinderen het „Lied van Zuid-Holland”. Na afloop van het gezang ging de Commissaris der Koningin een babbeltje maken met de schoolkinderen, zoals de foto laat zien.

Toespraken

Toen het gezelschap weer in het verenigingsgebouw was teruggekeerd zeide burgemeester Hammer van Oud-Beijerland, dat het ook voor hem persoonlijk een groot genoegen is, dat de plannen, waaraan hij ook een bijdrage heeft mogen verlenen, thans tot verwezenlijking zijn gekomen. Hij hoopte, dat de bevolking tot in lengte van jaren leidingwater zal drinken en dat zij hiervan rijke vruchten mag plukken. Nadat hoofdingenieur Van Rooijen van het Rijksbureau voor drinkwatervoorziening en de Inspecteur van de Volksgezondheid, de heer Schuursma, hun felicitaties hadden uitgesproken, nam de waarnemend voorzitter van het bestuur der Kilwaterleiding mr. A. de Jong het woord. Deze sprak zijn gelukwensen uit en hoopte, dat wanneer het jonge bedrijf aan kinderziekten zal gaan lijden, men deze spoedig te boven zal komen. Overigens erkende spr. dat de Kilwaterleiding inmiddels aan de ziekte van de oude dag namelijk vernauwing van de bloedvaten is gaan lijden. Mr. De Jong hoopte, dat de drie betrokken gemeenten het werk van burgemeester Van Dijck zullen waarderen en dat het nieuwe waterleidingbedrijf goed en ruimschoots water zal leveren voor een bedrag aan geld, dat ieder kan betalen. Wethouder Vink, namens de gemeente Piershil sprekend, zeide dat, toen men op 21 Juni 1924, de eerste commissievergadering belegde, men „glad niet gedacht had” dat het zo lang zou duren voordat de kroon op het werk zou komen. Er zijn nog maar twee mensen, die vanaf het begin deel hebben uitgemaakt van de commissie en wel secretaris Van Warendorp en spreker zelf. Wethouder Van Rij sprak gelukwensen namens de gemeente Nieuw-Beijerland, waarna wethouder Stolk van Goudswaard hetzelfde deed namens zijn gemeente. Spr. betuigde naast zijn erkentelijkheid aan burgemeester Van Dijck, zijn dank aan burgemeester Hammer voor zijn medewerking aan het leggen van een fundament voor de drinkwaterleiding. Nadat de wethouders Maasdam van Nieuw-Beijerland en Kooij van Piershil, enkele woorden hadden gesproken, betrok de Commissaris der Koningin, mevrouw Van Dijck in de hulde, die haar echtgenoot was toegezwaaid. De vergadering bracht haar staande een ovatie. Het gezelschap begaf zich tenslotte naar buiten om een demonstratie bij te wonen van de brandweer van Nieuw-Beijerland.

Ook Goudswaard| en Piershil

Het bezoek van mr. Kesper heeft zich niet uitsluitend beperkt tot de gemeente Nieuw-Beijerland. In de morgenuren werd een bezoek gebracht aan het eiland Tiengemeten en later op de dag kwamen ook Goudswaard en Piershil aan de beurt. ’s Morgens om. even na negen uur werd de Commissaris aan het Vuurbaken aan de grens van Nieuw-Beijerland ontvangen door burgemeester Van Dijck en de wethouders van Nieuw-Beijerland, de heren G. van Rij en A. Maasdam. Op de grens van de gemeenten Goudswaard en Piershil namen genoemde wethouders afscheid en voegden wethouder Stolk en de plaatsvervangend wethouder Kleyn van de gemeente Goudswaard zich bij het gezelschap. Vervolgens begaf men zich naar de haven van de Nieuwendijk, waar men scheep ging voor de overtocht naar het eiland Tiengemeten.

Bij de foto: De overtocht van de haven van de Nieuwendijk naar het eiland Tiengemeten werd gemaakt met een boot van de rivierpolitie. Op de foto wijst burgemeester van Dijck de Commissaris de plaats waar de brug, die Tiengemeten met de Hoeksche Waard zou moeten verbinden, zou moeten komen.

In de directiekamer van de N.V. Tiengemeten werd een buitengewone vergadering van de raad van de gemeente Goudswaard gehouden, waarbij o.m. aanwezig waren de burgemeester van Zuid-Beijerland, de heer Timmerman, burgemeester Reinders van Middelharnis, majoor Van Thiel, districtscommandant der Rijkspolitie, de directeur van de N.V. Tiengemeten, de heer L.I. Overwater, de gedelegeerd commissaris van deze maatschappij de heer P.S. Overwater en de vertegenwoordiger van de eigenaren van Tiengemeten, de heer Wins.

Bij de foto: Op Tiengemeten maakte het gezelschap met boerenwagens een rondrit over een gedeelte van het eiland. Op de foto ziet men op de eerste bank v.l.n.r. de heer L.I. Overwater, mr. Kesper, burgemeester Van Dijck en de heer Wins.

Bij de foto: In de Ned. Herv. kerk te Piershil bezichtigde mr. Kesper de wapenborden. Een kerkvoogd, de heer J. Hooghart, gaf een uitleg van de betekenis van deze borden. Zie ook: 1952 – Hoog bezoek in de kerk

Een paginagroot artikel in de krant.

Updated: januari 3, 2025 — 1:40 pm

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.