In 1979 vond in de gemeenschapsruimte van de scholen voor het eerst in de Piershilse historie een kunstexpositie plaats. De kunstenaars Piet Bakker, Joop Verheij Pols en Arie van der Spek werden in het Nieuwsblad Hoeksche Waard in het zonnetje gezet.
Knipsel ‘Potten, foto’s en schilderijen – 3 augustus 1979
Piershil – Een expositie in de gemeenschapsruimte van de lagere scholen in Piershil van pottenbakker Piet Bakker, schilder Arie van der Spek en fotograaf Joop Verheij-Pols wordt morgen om elf uur geopend door de wethouder P. van Prooijen. Alle drie de kunstenaars komen uit Hoekschewaards kleinste gemeente. Piet Bakker is al meer dan vijfendertig jaar bezig met zijn keramiek. Eerst in zijn vrije tijd en de laatste jaren, sinds hij AOW-er is, dagelijks. Al is hij academisch ongeschoold, toch heeft zijn werk een professioneel niveau en zijn al heel wat stukken van hem verkocht. Momenteel is hij bezig met experimenten met zoutglazuur. Dit doet hij met gewoon keukenzout waaraan bepaalde chemicaliën worden toegevoegd voor de kleur. Dit schijnt een in vergetelheid geraakte methode te zijn, die Piet Bakker weer wil doen herleven. Naast potten, vazen en ander servies maakt hij ook andere objecten. In de hal staat een zonnewijzer die bestemd is voor de gemeente Piershil. Twee schotelachtige dingen liggen zachtglanzend op een tafel. Het blijken UFO’s te zijn. Hij maakt ook “proteststukken”, zoals hij dat noemt. Een ervan is een halve bol met een mensenfiguur die erop ligt. Hij legt uit: “Dit moet het westerse halfrond voorstellen. Zoals je ziet is het glazuur erg vies. Het smerigst is het rond het mensenfiguur. De westerse mens ligt in zijn eigen troep. Een protest tegen de milieuvervuiling dus”. Bijzonder mooi is zijn zevenkantige vaas, die voor een kerk is gemaakt. Hij heeft ook een zevenkantig avondmaalservies voor die kerk gemaakt. Zeven is een heilig getal, vandaar dat alles zevenkantig is. De enige van het drietal, die een academische opleiding heeft gehad, is Arie van der Spek. Zijn schilderijen, aquarellen en grafieken zijn bijna allemaal gemaakt tijdens zijn studie. Hij is net afgestudeerd. De schilderijen zijn voornamelijk studies van kleur en vorm. De vorm wordt veelal aangegeven door middel van een kleur. Als er gevraagd wordt naar zijn stijl, dan antwoordt hij: “Je kan moeilijk van een stijl spreken, omdat dit studies zijn. Als je op de academie zit, heb je weinig tijd voor je eigen werk. Wel is het zo, dat iedereen zijn eigen aanpak heeft. Toen ik op de academie zat, zag ik hoe iedereen op zijn of haar eigen manier iets benaderde en die benadering zag je langzaam ontwikkelen”. Naast zijn olieverfschilderijen exposeert hij ook een aantal aquarellen, waterverfschilderijen en grafieken. Wat vooral bij de aquarellen opvalt zijn de grote vlakken wit. Het witte, onbeschilderde papier heeft hij als zelfstandige kleur gebruikt, die dankzij een afgewogen gebruik verschillende tinten aanneemt. Hier en daar wordt de vorm van een object met een lichte Potloodstreep afgemaakt. Joop Verheij-Pols is van beroep tandarts in Vlaardingen. Hierdoor kan hij voornamelijk alleen tijdens zijn vakanties fotograferen. Toch heeft hij al over heel Europa geëxposeerd. “Het fascinerende van de fotografie”, vindt hij, “is het feit dat je met je camera een moment vastlegt. Alleen je manier van benadering van het onderwerp kan er iets aan toevoegen. Deze foto is een goed voorbeeld van dat moment waar ik het over had”. Hij wijst op een foto van een veld overdekt met gele bloemen. Zover als het oog reikt is het landschap overdekt met een gele laag. “Zoals het er op deze foto uitziet zal het er in nog geen miljoen jaar zo precies uitzien”. Hij loopt naar een andere foto. Het stelt een boot voor, die op het droge ligt. Het is omhuld door een mysterieuze waas: mist. “Dit heb ik gemaakt in een Franse haven waar allemaal wrakken liggen”, vertelt hij. “Ik heb dágen gewacht op de juiste omstandigheden. Op een ochtend werd ik om zes uur wakker, ik keek naar buiten vanuit mijn caravan en toen ik zag dat het mistte ben ik meteen naar de haven gegaan en heb ik deze plaat geschoten”. Drie kunstenaars die hun kunst uiterst serieus nemen. Alle drie hebben eerder geëxposeerd. Omdat er geen galeries of andere geschikte ruimten in de Hoeksche Waard zijn, moest de ruimte in de school benut worden. Alles hebben ze zelf moeten doen. De schotten waaraan de werken hangen hebben ze zelf gekocht en gewit. “Zesennegentig vierkante meter”, verzucht Piet Bakker. De tentoonstelling zal volgende week tot en met zaterdag dagelijks geopend zijn van twee tot vijf uur. Bovendien zal zij op woensdag- en vrijdagavond van zeven tot negen uur te bezichtigen zijn. Het werk is niet alleen te kijk, maar ook grotendeels te koop.