Vanaf halverwege de negentiende eeuw zijn in Nederland honderden watertorens gebouwd, in de Hoeksche Waard zijn vier exemplaren bewaard gebleven. De oudste en kleinste staat in Heinenoord, de toren blijkt zelfs nog kleiner dan algemeen wordt aangenomen.
Watertorens werden gebouwd om het waterleidingnet onder druk te houden, pompen waren nog niet sterk genoeg. Het water in Heinenoord werd aangevoerd via Oud-Beijerland, het ‘hulptorentje’ aan de Sluisendijk werd in 1910 gebouwd. Waterleidingmaatschappijen wedijverden ook in esthetisch opzicht, er werd getracht om een zo fraai mogelijk exemplaar te bouwen. De toren is gebouwd door de ‘Ontwerpers en uitvoerders Visser en Smit’, als evenbeeld van de grotere neoromaanse variant in Oud-Beijerland.
Tot 1950 is de watertoren in gebruik geweest, in de jaren daarna gebruikte de brandweer deze ruimte om de slangen te laten drogen. Vanaf 1976 huurde Jan Overweel de toren: ,,Voor 50 gulden per jaar, ik gebruikte de ruimte voor opslag van materiaal en als uitvalbasis voor onderzoek in de buitendijkse grienden.” De toenmalig student agrarische milieukunde kocht de watertoren in 1982 voor een symbolisch bedrag van de gemeente. ,,Het dak, de deur en de goten zijn vernieuwd, het pleisterwerk en de vloeren zijn hersteld. Ook is er elektriciteit aangelegd.” Een woonvergunning is nooit afgegeven, vandaar dat ook de watertank nog redelijk intact is. ,,De tank is blauw geschilderd, er zijn gaten in gemaakt voor doorgang en lichtinval.” In 1996 werd de toren aangeduid als rijksmonument, Overweel schonk zijn bezit aan het Streekmuseum Hoeksche Waard. ,,Ik vond dat een dergelijk object beter door een museale stichting kon worden beheerd.” De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed omschrijft de watertoren bloemrijk: ,,De toren heeft een cirkelvormige plattegrond, een taps toelopende onderbouw en een uitkragende cilindervormige bovenbouw onder een flauw hellend, zestienzijdig kegeldak. In de toren bevindt zich een ijzeren vlakbodemreservoir met een inhoud van 50 M3. De toren is opgetrokken in rode baksteen in kopsverband.” Het meest opvallend in de officiële beschrijving is echter de hoogte die de toren wordt toegedicht: 18 meter. Hij blijkt beduidend kleiner, zo ondervond ook Jan Overweel na gebruik van een meetlint: ,,Vanaf de vloer op de begane grond tot de top is het 14 meter. Vanaf het maaiveld, inclusief het voormalige ornament op de top, mag je op zo’n 16 meter rekenen”. Het bestek van de toren uit 1910, zorgvuldig bewaard door een nazaat van de bouwer Martinus Visser, biedt uitkomst. De hoogte van de bovenkant der bekapping bevindt zich op 15 meter en 60 centimeter. In de toren liggen als stille getuigen uit het verleden een vlotter en een ornament opgeslagen, Overweel heeft ze zorgvuldig bewaard. ,,De vlotter werd gebruikt voor peilbeheersing, vanuit Oud-Beijerland werd het reservoir bijgevuld. En het ornament is de jugendstilbekroning van de top, een bol met daarop stengels met bloemen. Alleen op oude foto’s nog te zien”. Belle van den Berg, directeur van het Museum Hoeksche Waard, geeft aan dat er vaak interesse wordt getoond in het gebouw. Haar organisatie is echter alleen in staat het hoogst noodzakelijke onderhoud te verrichten. ,,Wij hebben dan ook besloten om op zoek te gaan naar een nieuwe eigenaar voor de watertoren. Iemand die de juiste investering kan doen om een passende functie te geven aan dit bijzondere monument, zodat het daarmee voor de toekomst bewaard blijft.”
Filmpje ‘Bezoek aan de watertoren’ – 4 december 2015
Op vrijdag 4 december 2015 bezocht ik samen met Jacob Bos van het Museum Hoeksche Waard de watertoren.
Fotoserie ‘De watertoren in 1982’
Foto’s ‘Interieur in de watertoren in 1987’
Foto’s ‘Door de jaren heen’
Bestek ‘Watertorentje gemeente Heinenoord’ – 1910
Fotoserie ‘Binnenkant watertoren’ – 4 december 2015
Fotoserie ‘Buitenkant watertoren’ – 4 december 2015
Fotoserie ‘Ornament en ramen’ – 4 december 2015
Fotoserie ‘Reservoir en vlotter’ – 4 december 2015
Knipsels ‘Watertoren Heinenoord’ – 1979 en 2016
Algemeen Dagblad 25 februari 2016
Klik op de afbeelding voor een vergroting
En 5 maanden na het verschijnen van bovenstaand artikel… (AD 26 juli 2016)