Bron: Na de Watersnoodramp van 1953 werd in opdracht van het Commissariaat voor Sociale en Culturele Arbeid onderzocht welke projecten op het gebied van maatschappelijk-, vormings- en jeugdwerk aandacht behoefden. Onderdeel van de rapportage van destijds vormde een gedetailleerd beeld van de dorpen in Hoeksche Waard.
NUMANSDORP
In 1648 besloot men in de nieuw verworven Numanspolder een centraal dorp te stichten, dat naar de eerste Ambachtsheer, Mr Gerard Numan, Numansdorp genoemd werd.
Van enkele woningen bij een sluis, een kerk en een molen, groeide Numansdorp in de loop van de tijden uit tot een bloeiende gemeente aan de zuidrand van het eiland, die in hoofdzaak van land- en tuinbouw leeft en profiteert van haar ligging aan tram- en veerverbindingen. Bovendien is het dorp het centrum van de Ambachtsheerlijkheid, een uitgestrekt en modern uitgerust landbouwbedrijf. In 1900 werd westelijk van het dorp de Rijkshaven aangelegd, waar de veerverbindingen met Flakkee, Duiveland en Noord-Brabant hun begin- en eindpunt vinden.
Al eeuwenlang wordt jaarlijks, nu op de 2de Woensdag in Juni de paardenmarkt gehouden, die aanleiding geeft tot grote drukte. Vroeger spaarde men allang van te voren om aan dit feest mee te kunnen doen: cafés worden druk bezocht. Het aantal paarden is verminderd, maar de markt bleef een familie- en een zakendag. Tot de gemeente Numansdorp behoren ook de buurtschappen Middelsluis en Schuring.
Reeds in 1648 werd de N,H. Kerk gefundeerd; de diensten worden nog steeds in dit gebouw gehouden. Thans omvat de N.H, Kerk plusminus 3400 doopleden, plusminus 420 lidmaten, terwijl plusminus 110 mensen aan het Avondmaal gaan. De laatste 4 jaren deden plusminus 30 personen belijdenis.
Wegens ziekte van de plaatselijke predikant benoemde de kerkeraad in 1918 een godsdienstonderwijzer, die zeer brutaal optrad tegen kerkeraad en predikant. Na drie maanden wilde de kerkeraad deze man weer ontslaan, maar verschillende gemeenteleden verzetten zich hiertegen en vormden een comité van actie; na enige strijd stichtte dit een evangelisatie waarin de godsdienstonderwijzer kon blijven voorgaan. In 1920 had de evangelisatie 500, de N.H, Kerk 50 bezoekers. Inmiddels zijn deze verhoudingen weer veranderd. In de evangelisatie kerken ’s morgens 200 en ’s avonds 150 mensen, in de N.N, Kerk zijn ’s morgens 400 en ’s avonds 250 bezoekers, Een ,,zware” geest, zoals in Goudswaard en Nieuw Beijerland aangetroffen wordt, is er
in de N.H. Kerk vrijwel niet. Ook het merendsel der evangelisatie voelt zich 1id der N.H. Kerk; met uitzondering van het bestuur. Toen een deel van het bestuur Ds. Visser uit Rotterdam wilde laten voorgaan, protesteerden veel leden.
Thans preekt Ds Visser op Zaterdagavond in de C.L.S. voor een gehoor van plusminus 40 mensen, grotendeels bejaarden. In de Evangelisatie gaan o.a. de predikanten van Woerden (Zeist), van Galen (Papendrecht), van der Waal (Kinderdijk), van der Born (Huizen), Spelt (Dinteloord), Zandt (Delft), Schuring (Nijkerk) voor. Wanneer we nagaan, wat voor mensen de leidslieden waren, die deze Evangelisatie opgericht hebben, dan vinden we onder hen vrnl. boeren en gegoeden, die invloed op het dorp uitoefenden; veel kinderen van deze leiders behoren nu weer tot de N.H. Kerk; ook werden enkele onkerkelijk of gereformeerd.
In de N.H. Kerk wordt sinds 1934 maandelijks een jeugddienst gehouden, viermaal in het jaar door de plaatselijke predikant, acht maal door een ander. Onder het gehoor zijn veel ouderen, maar ook zijn jongeren op deze wijze opnieuw bereikt. Men voelt niet voor een zangkoor bij deze diensten, de jongeren willen zelf zingen en komen om de preek te horen. Een voorstel van de jeugdverenigingen om voor de kerkdienst gezamenlijk te zingen, werd door het zangkoor niet geaccepteerd, daar zij van mening zijn, dat de jongeren lid moeten worden. Deze willen dat echter niet, omdat er veel oudere leden zijn.
De Geref. Kerken tellen een 300-tal leden en komen samen in het kerkgebouw aan de Torenstraat. ’s Zondags vergaderen de Oud Gereformeerden in de School. Er is een leesgemeente, bestaande uit plusminus 7 leden, die tweemaal per Zondag bijeenkomt; wanneer er een predikant preekt, komen er meer bezoekers.
Een eeuw geleden, toen Numansdorp plusminus 2400 inwoners telde, zag de verdeling van korkgenootschappen er als volgt uit: 2300 N.H., 30 Afgescheidenen, 5 Evangelisch Iuthersen, 30 R.K. en 25 Joden.
Numansdorp heeft 4 scholen, en wel een O.L.S. met plusminus 190 leerlingen, een O.L.S, in Middelsluis met plusminus 80 leerlingen en in Schuring met ca 60 leerlingen, en een C.L.S. met plusminus 180 leerlingen.
Evenals enkele andere plaatsen in de Hoekse Waard is ook Numansdorp op Zaterdag- en Zondagavond een verzamelplaats voor de jeugd. Op een betrekkelijk klein gedeelte van de Voorstraat loopt men schreeuwend en stoeiend heen en weer. Het gelukte de politie enige maanden de jeugd alleen op de trottoirs te houden. Thans is de rijweg ook weer druk bezet, zodat de auto’s met moeite kunnen passeren. Op één avond telden wij ongeveer 350 jongeren. De W.H. jeugd heeft zich actief ingespannen voor een jeugdgebouw. Er is nu een gebouw van twee verdiepingen: een zaal en kleinere vergaderruimten. Het wordt beheerd door een commissie van de N.H, Kerk en mag door iedereen gebruikt worden; als hierdoor het N.H, verenigingswerk niet in het gedrang komt.
De Zondagsschool bereikt 410 kinderen; de 9 leiders en leidsters zijn aangesloten bij do N.Z.V. De J.V. telt 47 leden en heeft een eigen bibliotheek en is aangesloten bij het C.J.M.V. Op het jaarfeest wordt een toneelstuk opgevoerd. Men heeft een band van 8 man: een mandoline-ensemble. Deze speelt wel eens op de instuif in Oud Beijerland, en wordt vaak gevraagd voor bruiloften, avonden van Oranjeverenigingen, ringvergaderingen, gecombineerde C.J.V.F,-vergaderingen buiten de Hoekse Waard. Deze band is zeer gezien in het dorp, ook
bij niet~kerkelijken. Een poging tot instuif mislukte in 1943. Men wilde dit doen in combinatie met de Evangelisatie; deze maakte echter bezwaar tegen toneel- en filmvoorstellingen. Daarna heeft men het niet meer geprobeerd. Thans zijn nieuwe plannen in de maak om een instuif te organiseren. De knapenafdeling heeft te kampen met leidersgebrek. De meisjesgroep, aangesloten bij de C.J.V,F., heeft 50 oudere meisjes, een tussenclub van 30 leden en een kleine meisjesvereniging, eveneens met 30 leden. Deze laatste club stond door moeilijkheden met do leidster enigszins op zichzelf.
Op Schuring is eveneens een knapen- en jongensclub (resp. 17 en 15 leden) en een jongere en oudere meisjesclub (resp. 12 en 8 leden). De Kerkeraad staat formeel buiten dit jeugdwerk, is echter positief belangstellend. De jeugdouderling onderhoudt het contact. De huidige predikant stimuleert het verenigingsleven sterk. Zijn voorganger stelde als voorwaarde voor het verenigingslidmaatschap het volgen van de catechisatie!
Klik op de afbeelding voor een vergroting