Dit artikel is gepubliceerd in de Hoeksche Waard Exclusief van 21 juli 2020 (website HWE). U kunt dit artikel downloaden in PDF-formaat: HWE-oosting-kerken-strijen-23juni2020
Oriëntering van kerkgebouwen
De dorpskerk van Strijen wijkt af van het oosten
Het is nacht in het polderlandschap. Slechts de schrille kreten van jagende kerkuilen verbreken nu en dan de doodse stilte. De uren verstrijken. Langzaam komt er verandering aan de horizon. In het oosten wordt een streep licht zichtbaar, die onweerstaanbaar het donkere gordijn van de nacht wegschuift. De horizon kleurt rood, geel en blauw. Het daagt in het oosten. De rode bol van de zon verheft zich boven het slapende landschap. Niet de mensen worden als eerste uit hun slaap gewekt. De haan zet kraaiend in en dan zingen de andere vogels hun vrolijke morgenzang op de aanbrekende dag. Het koor van het kerkgebouw bevindt zich aan de oostkant. De zon zet het koor in vuur en vlam en hult de rest van het kerkgebouw in haar schaduw. Door de hoge ramen van het koor valt het licht naar binnen en maakt alles zichtbaar wat daar noodzakelijk aanwezig is. Zo was het eeuwen geleden. En zo is het nog steeds in de oude kerkgebouwen. Is iedereen zich ervan bewust? Nee! Maar je kunt er wel oog voor krijgen.
Theoloog en historicus drs. J.P. Bijl uit Strijen deed onderzoek naar de oriëntering van kerkgebouwen, ook die van de dorpskerk van Strijen. Hij stelt in zijn onderzoeksrapport dat de ‘oosting’ van kerkgebouwen geen toeval is: ,,Dit heeft een historische achtergrond en een symbolische betekenis”.
Waar komt het principe van de oosting vandaan?
,,Het werken met het principe van de west-oostlijn, het oriënteren op het oosten of het toepassen van de oosting, is al heel oud, zelfs veel ouder dan het Christendom. Er was altijd een beleving van de zon als licht- en warmtebrenger, die dagelijks opnieuw verschijnt en van cruciaal belang is voor het voedsel en het leven op aarde. Er zijn drie motieven voor de keuze van gebedsrichting van christenen naar het oosten: de hemelvaart van Christus en zijn toekomstige wederkomst. In de tweede helft van de vierde eeuw werd daar nog een derde bijbels motief toegevoegd: het paradijs, dat in het oosten gesitueerd werd en waar men naar verlangde.”
Hoe zijn kerkgebouwen eigenlijk ontstaan?
,,In de beginperiode verzamelden de christelijke gemeenten zich elke week op de avond van de eerste dag van de week, in het woonhuis van een gemeentelid. Na de bekering van keizer Constantijn tot het Christendom verrezen overal in het Romeinse rijk kleine zaalkerkjes en grote basilieken. Ook werden veel bestaande gebouwen tot kerk omgebouwd en ingericht. Zoals woonhuizen, overheidsgebouwen, badhuizen, theaters, kazernes en zelf tempels. Daarbij was de oriëntatie of oosting in de bestaande ruimte vaak niet mogelijk. Nieuwe kerken werden meestal in west-oostelijke richting gebouwd, maar de plaats van het altaar verschilde. Sinds de zesde eeuw is de oriëntatie van de absis (koorruimte) met het altaar in het oosten overal gemeengoed.”
Waar is het exacte oosten en hoe bepaal je dat?
,,De Chinezen hebben zo’n 4000 jaar geleden een kompas ontwikkeld dat gericht was op de zuidpool. De oudste Europese vermelding van een kompas stamt uit 1187. In de late middeleeuwen werd het kompas gebruikt om het Noorden te bepalen, maar nog steeds was de zonsopgang maatgevend voor de oosting van de kerk. Er is een hypothese dat het gebruik van het kompas al voor 1187 in Europa bekend was en dat hiermee de aslijn naar het exacte oosten zou zijn bepaald.”
En zonder het kompas?
,,Het exacte oosten is daar waar de zon opkomt op de dag waarop dag en nacht even lang zijn, het begin van de lente en het begin van de herfst.”
Wat is bekend over het vaststellen van het exacte oosten voor de bouw van kerken?
,,Wilhelmus Durandus was bisschop van het Zuid-Franse Mende. Hij stelde dat het koor van de kerk, waar het altaar staat, naar het zuivere oosten moet wijzen. Durandus koos voor de equinox als moment voor het vaststellen van het exacte oosten en keurde de keus voor het solstitium (de zonnewende) af. Ook Johannes Beleth, theoloog te Parijs, schreef: En het is ook absoluut noodzakelijk dat zij naar het Oosten wordt gebouwd, dat wil zeggen naar de equinoctiale zonsopgang.”
Verschillende inzichten dus?
,,De afwijking van de aslijn kon worden veroorzaakt door het moment waarop het exacte oosten aan de horizon werd vastgesteld of door de voortdurend wisselende afwijking van het magnetische noorden ten opzichte van het geografische noorden, bij het gebruik van het kompas. Als oorzaak voor de afwijkingen in de aslijn werd aangenomen: verandering van patroonheilige, de onvolkomenheid van de Juliaanse tijdrekening, de lokale omstandigheden en de onnauwkeurigheid van de middeleeuwse bouwmeesters. De mogelijk symbolische betekenis van de afwijking in de aslijn (knik) vond vooral in de negentiende eeuw haar verdedigers: de afwijkende richting van het koor zou een afspiegeling zijn van het gebogen hoofd van Jezus aan het kruis, even voor hij stierf. Nergens is hiervoor een schriftelijk bewijs gevonden dat dit bewust zo gecreëerd was, daarom wordt de symbolische opvatting van de knik door de meeste historici als irrelevant gezien. Bij latere verbouwingen van een kerkgebouw moest de bouwmeester kiezen: de vermeende fout van zijn voorganger corrigeren en een kromme kerk bouwen, óf de esthetische gevoelens laten zegevieren en een keurig rechte kerk afleveren.”
Geldt dat ook voor de dorpskerk van Strijen?
,,De dorpskerk van Strijen bevat ook een knik in de aslijn (west-oostlijn), die afbuigt naar het noorden. Een knik die te verklaren is uit de herhaaldelijke verzakkingen, reparaties en verbouwingen. Vanaf de 17e eeuw waren er dakreparaties. In 1851 werd bij de aanbouw van het noordtransept een groot deel van de noordgevel van de kerk afgebroken. Bij de restauratie van 1926 werd de consistorie aan de zuidoosthoek van de kerk verwijderd en het gehele dakgewelf vernieuwd. Van west naar oost loopt door het kerkgebouw in het midden van het houten gewelf de naald (nokrib). Deze nokbalk heeft vanaf het begin van het koor een afwijking naar het noorden. Ook het uitwendige kerkgebouw vertoont, zichtbaar op satellietbeelden van google (zie afbeelding), aan de zuidmuur van het koor een afwijking naar het noorden. Een eenvoudige verklaring dus voor de afwijking in de zuidmuur en de nokrib van het koor is dat bij reparaties en nieuwbouw het koor en het koorgewelf niet meer op één lijn te krijgen was met de rest van het kerkgebouw.”
Het volledige artikel van Drs. J.P. Bijl, voorzien van een overzicht van geraadpleegde en gebruikte literatuur is gepubliceerd op de website piershil.com in de categorie Hoeksche Waard: Oriëntering van kerkgebouwen