Dit artikel is gepubliceerd in de Hoeksche Waard Exclusief van januari 2024. U kunt dit artikel downloaden in PDF-formaat: hwe-01-2024-dedijkenbraken
Wie schreef toch dat fraaie boekje?
De dijken braken in de Hoeksche Waard
Over de watersnoodramp in 1953 zijn diverse boeken geschreven. De bekendste uitgave is ‘De Ramp’, dit boek verscheen al in februari 1953. Een nationale uitgave waaraan fotografen, schrijvers en uitgevers belangeloos meewerkten, in een oplage van 600.000 exemplaren. De opbrengsten kwamen ten bate van het Nationaal Rampenfonds en waren bedoeld voor de slachtoffers. Bij de dertigjarige herdenking in 1983 verscheen ‘Een zee van water’, van Rien Allewijn. Een prachtige bundeling verslagen, rapporten, persoonlijke verhalen over de ramp in de Hoeksche Waard en op het Eiland van Dordrecht. Veel minder bekend is het boekje ‘De dijken braken in de Hoeksche Waard’, een uitgave van drukkerij G.W. Pieters (Dordrecht) uit 1953.
Het kleine boekje (14 x 20 cm) met harde kaft is uitgebracht in een beperkte oplage. Na de opening met een gedicht van Jan van Nunen volgt een kort voorwoord van C. van Heesen, burgemeester van ’s-Gravendeel (gedateerd 15 april 1953): ,,Eenige documentatie, betreffende de stormramp en haar gevolgen voor de Hoeksche Waard, acht ik zeer nuttig. Wie nog eens teruggrijpen wil naar de gebeurtenissen van de 1ste Februari 1963, vindt in dit boek de gewenste gegevens. Ongetwijfeld zal dit boek in vele gezinnen een plaats vinden”
Twee edities van het boek
Naast wat gedrukte pasfoto’s en enkele tekeningen staan er 16 foto’s op 4 speciale pagina’s: telkens vier exemplaren van ‘s-Gravendeel, Strijen, Zuid-Beijerland en Goudswaard. Op 77 pagina’s passeren deze dorpen de revue: ’s-Gravendeel (inclusief lijst van slachtoffers), Zuid-Beijerland, Strijen en Strijensas (inclusief lijst van slachtoffers), Tiengemeten en Goudswaard. Later is een tweede editie verschenen van 90 pagina’s. Inhoudelijk vrijwel hetzelfde, alleen met toevoeging van Numansdorp (inclusief lijst van slachtoffers), inclusief 4 foto’s uit dit dorp. Deze editie bevat slechts twee foto’s van zowel Zuid-Beijerland als Goudswaard. Op de voorzijde van beide edities is één van de foto’s uit het boekje geplakt; hierbij is rijkelijk gevarieerd door de uitgever. Hierdoor kan de indruk ontstaan dat er meer edities bestaan dan twee.
Drukkerij G.W. Pieters – Dordrecht
Wie het boekje heeft geschreven is niet meteen duidelijk. Alleen de naam van de uitgever, G.W. Pieters uit Dordrecht, staat vermeld. Omdat deze uitgever ook verantwoordelijk was voor ‘De dijken braken in Goeree-Overflakkee’ deed de Dordtse journalist Gert van Engelen in 2005 onderzoek naar de herkomst. In zijn artikel ‘Mysterie rond watersnoodboekje opgelost’, zoals gepubliceerd in ‘Eilanden-Nieuws’, maakte hij bekend dat de auteur Gerard Pieters is. Deze in 1921 geboren zoon van G.W. Pieters uit Strijen werkte destijds als administrateur bij deze uitgeverij. Zijn vader, eigenaar van de uitgeverij, stuurde hem op pad om verslag te doen van de ramp. Gerard bezocht de Hoeksche Waard en sprak diverse getuigen. Zijn notities werkte hij uit en zo ontstond het prachtige boekje, zonder enige journalistieke ervaring. Van Engelen schreef in zijn artikel: ,,Het is verbazingwekkend goed geschreven. Het is een compliment dat Gerard Pieters niet meer kan bereiken: hij overleed in 1988”.
STORMVLOED OVER NUMANSDORP
Om een idee te geven van de schrijfstijl van Gerard Pieters leest u hier de eerste pagina’s van zijn getuigenis m.b.t. Numansdorp….
Ontrukt aan de zeegaten van het oude Holland in de 17e en 18e eeuw werd thans de schier ononderbroken rust achter de dijken verstoord door een vloed, welke de watermassa’s over de kruin van de dijken deed gaan, het talud aan de binnenzijde aantastte om tenslotte tal van breuken te slaan en de polders in het zuiden van de Hoeksche Waard in een oogwenk van tijd voegde bij het domein van het Hollands Diep. De avond van de 31ste Januari deed een zeer hoog tij vermoeden en de bij de veiligheid van burger en eigendom betrokken overheidsdiensten waren tijdig gealarmeerd. Alhoewel niemand het ergste durfde vermoeden achter de eeuwenlang veilig gebleken dijken, postte men op grond van voorschrift en plicht. Te ongeveer 3 uur in de vroege morgen van de 1ste Februari had het water een zodanige stand bereikt, dat direct gevaar aanwezig was en werd de gehele bevolking gewaarschuwd. De uren, welke daarna volgden, waren catastrophaal. ’t Allereerst werd aan het eind van de gemeentehaven een groot gevaar voor de kom der gemeente bezworen. Het uit de haven komende water had de binnenzijde van de Molendijk ter hoogte van de Peperbus reeds aanzienlijk beschadigd. Stortingen van allerhande materialen en een plotselinge val van de waterstand voorkwamen een dijkbreuk, welke onnoemelijk veel leed en verderf had kunnen brengen. De daling van het water werd door velen misgevat. Honderden belangstellenden uit de Numanspolder gingen huiswaarts om de nachtrust te vervolgen, echter alleen om enkele uren later ontwakend, te kunnen constateren dat het water niet was verdwenen, maar zich via andere polders een weg had gebaand, ook naar hun woning. Reservoirs als de Hoge Zandse-, de Torenstee- en de Molenpolder waren zeer snel gevuld, in het bijzonder de eerstgenoemde. Een ketting van breuken in de Hoge Zandse buitenkade over een lengte van 2000 meter had de volle zee in een minimum van tijd verplaatst naar de Schuringsedijk. Zwaar kreeg deze het te verduren. Ruim een uur wist ze zich te handhaven, daarna bezweek ze in het uiterste oosten en begon zich de ellipsvormige Numanspolder te vullen, terwijl de talrijke inwonenden dit eerst bemerkten, toen de watermassa zich al aan de dorpskom bevond. In de avonduren capituleerde in het westen ook de Schenkeldijk, zodat het water van de Eendrachtspolder de stand in de Numanspolder met nog ruim een meter verhoogde en de Middelsluissedijk op verschillende plaatsen juist te laag bleken om het water volledig te keren. Harde arbeid en zandzakken waren nodig om erger voor Groot Cromstrijen te voorkomen. De enige dijk, welke niet bezweek, was die ten westen van de Rijkshaven. De Westerse Zomerpolder bleef behouden. De tragiek van de ramp speelde zich af in de Hoge Zandse polder. Hier vonden vijf en vijftig mannen, vrouwen, jongens en meisjes de dood in de bruisende golven. Met het slachtoffer uit de Torensteepolder betreurt Numansdorp zesenvijftig doden, waarvan de laatste drie op 9 Juni werden geborgen. Onbeschrijfelijk is het gebeurde aan de Lange- en Korte Boomweg. De bewoners van de daar gelegen huizen waren gealarmeerd, doch de meesten konden geen tijdig heenkomen vinden. Voor zover zij de meterhoge waterrol konden ontwijken en de zolder bereiken, voelden zij even later de muren onder zich wegvallen en dreven op de tot vlot geworden zolder rond tussen metershoge golven, tot het moment, waarop het dak afstortte, de zolder brak en het water hen voor goed opnam. De beschrijving van hen, die dit overleefden, is moeilijk te verstaan. Na ouders of vrouw en kinderen te hebben zien omkomen, spoelden zij na urenlange ontberingen aan, de één bewusteloos, de ander met zijn hond, die het deinende vlot wist te bedwingen.
U kunt het boekje ‘De dijken braken in de Hoeksche Waard’ online lezen en/of downloaden via 1953 De dijken braken (boekje & download)