1912 – Kade 16 (Piershil)

1912 – Het huis van beurtschipper Stok

Teunis Stok en echtgenote Jacoba Peekstok (Voorstraat Piershil)

Teunis Stok (geboren op 5 maart 1874 te Maasland) huwde op 4 september 1902 te Stad aan ’t Haringvliet met Jacoba Peekstok (geboren op 30 maart 1876 te Stad aan ’t Haringvliet). Teunis werd vanuit Delft ingeschreven in Piershil, in augustus 1902 op het adres Huizing 7 (A7). Vermoedelijk is dat de bebouwing die voor de kerk stond, later werd het hier ook aangeduid als A89 en A88 A.

Teunis Stok vestigde zich in 1902 in Piershil als beurtschipper. In 1912 liet hij een huis bouwen op de Kade van Piershil, tegenwoordig bekend als Kade 16. Het pand had een brede voorgevel met twee deuren. Het westelijk deel van het pand werd ingericht als pakhuis, het oostelijk deel als woonhuis.

In het bedrijf werkte later ook de op 9 augustus 1903 geboren zoon Teunis Jan Stok mee. Het huis werd in november 1923, toen deze zoon werd opgeroepen voor militaire dienst, aangeduid als Havenkade 89. Toen er enkele jaren later voor het eerst een wijk- en huisnummering plaatsvond in Piershil kreeg het pand als adressering Wijk A nummer 152 toegewezen.

Teunis Jan Stok, met echtgenote Bastiaantje Maartje van Leenen.

Twee jaar na het huwelijk van Teunis Jan, hij trouwde in juli 1924 met Bastiaantje Maartje van Leenen (geboren op 18 april 1904), liet zijn vader een huis bouwen voor het jonge echtpaar, naast het bestaande huis op de Kade. Dit huis in 1926 gebouwd voor zoon en schoondochter staat tegenwoordig bekend als ‘Kade 18’.

De jaren 1929-1940 staan bekend als ‘de crisisjaren’, of als ‘de grote depressie’. Ook vanwege de opkomst van het vrachtvervoer werd het steeds lastiger om als beurtschipper aan het werk te blijven. Het schippersbedrijf van Stok kreeg het moeilijk, net als veel andere bedrijven en arbeiders in die tijd. Kort nadat Teunis Stok zijn bedrijf had overgedragen aan zijn zoon, beide gezinnen hadden tegelijkertijd ook van huis gewisseld, moesten de activiteiten definitief worden gestaakt.

Het pand ‘Kade 16’ werd verkocht, de oude Teunis Stok bleef wonen in het pand ‘Kade 18’, met zijn echtgenote, terwijl Teunis Jan met zijn gezin verhuisde naar de Molendijk in Piershil. De motorschuit van de familie Stok werd verkocht aan Van der Linden te Nieuw-Beijerland. Teunis Jan trad bij Van der Linden in loondienst en bleef werken op dezelfde motorschuit, tot hij werk vond in de Rotterdamse haven. De oude Teunis bleef na het overlijden van zijn vrouw in het huis Kade 18 wonen, tot hij naar een verzorgingshuis in Numansdorp verhuisde. Hij had het daar slecht naar zijn zin en bracht zijn laatste jaren door bij zijn zoon en schoondochter, die inmiddels waren verhuisd naar de Koningin Julianastraat in Piershil.

Teunis Stok is net wezen stemmen (school), samen met zijn echtgenote.

50-jarig huwelijk, rechts Teunis Jan.

Teunis Jan Stok met zoon (Pleun), vrouw en moeder voor nummer 18. Achter hem de deur van het pakhuis en de 2 ramen op nummer 16.

Bedrijvigheid voor deur op de schuit van Stok.

Kade 16: één huis of twee huizen

Familie Stok voor nummer 18, rechts Kade 16

De aanduiding Kade 16 voor dit pand stamt uit januari 1977. Kade 16 werd tot begin jaren vijftig aangeduid als A152, daarvoor als Havenkade 89. In het begin van de jaren vijftig werden de straatnamen in Piershil geïntroduceerd en werden het pand aangeduid als Kade 18. Ruim 25 jaar later vond er een algehele hernummering plaats, Kade 18 werd toen nummer 16. Het pand ‘Kade 16’ heeft na het ‘tijdperk Stok’ slechts enkele eigenaren, maar diverse bewoners gehad.

Het pand kwam net als Kade 18 (beide huizen van de familie Stok) via een boedelverkoop in het bezit van ene ‘Sneep’, vermoedelijk een opkoper. In zijn nalatenschap van 20 september 1957 worden beide panden op nummer 16 en 18 expliciet genoemd. Vanwege de twee voordeuren werd de Kade 16 verdeeld over twee partijen.

Jan en Elly Achterberg, op bezoek in augustus 2013.

Het pakhuis werd door de agrariër Cees van Schouwen uit Piershil gebruikt voor zijn tulpenbollenhandel. In 1953 liet hij het pakhuis ombouwen tot woonhuis, om het gezin van zijn werknemer Toon Achterberg, in Rotterdam geëvacueerd vanaf de Nieuwendijk na de Watersnoodramp, van tijdelijke woonruimte te voorzien. Toon woonde samen met zijn vrouw Pietertje van Rij en hun vier zoons Jan, Wim, Adri en Leen enkele jaren in het omgebouwde pakhuis. Daarna verhuisde de familie naar een nieuw en speciaal voor hen gebouwd huurhuis, eveneens eigendom van Cees van Schouwen, aan het adres Koningin Wilhelminastraat 2 te Piershil.

Achter de andere voordeur van ‘Kade 16’ kwam een dochter te wonen van de aardappelhandelaar Franke, destijds gevestigd op ‘Kade 20’. Haar echtgenoot, Piet den Broeder, begon hier een kapperszaak.

Het laatste spoor van het dubbele woninggebruik van Kade 16 verdween in 2013. Op verzoek van de nieuwe bewoner Henk van den Heuvel werden de aanduidingen Kade 16 en Kade 18A (pakhuis, vergeten te hernummeren in 1977) door de gemeente Korendijk samengevoegd tot Kade 16.

Kade 16 als kapperszaak

Errie den Broeder (later gehuwd met Piet den Heer) en Corrie Heikoop bij Catherina den Broeder-Franke.

In 1938 werd in dit huis Errie den Broeder geboren, als dochter van Piet den Broeder en Catharina Franke. Het huis was voor hen gehuurd door vader Franke, die op nummer 20 een aardappelhandel voerde. Piet den Broeder startte hier een dames- en herenkapperszaak, op de zijkant van het pand werd een bord geplaatst om dat onder de aandacht te brengen. Errie den Broeder bezocht het pand op 22 augustus 2013, op verzoek van de nieuwe eigenaren, de Familie van den Heuvel. Ze vertelde o.a.: “In de achtertuin stond een prachtig schuurtje, het leek wel een klein woonhuisje. Er stond veel gras, een pruimenboom en een hek voor de Boogerdsloot. Over die sloot achter, kon ik via een bruggetje naar opa Franke lopen. Het was een bijzondere opa, hij ging hier altijd nakend in de sloot zwemmen, zelfs als er ijs lag! De mooie achtertuin en het huisje zijn weggespoeld in 1953 tijdens de watersnood.  Mijn vader vertrok toen ik 3 jaar was, in 1941. Met mijn moeder heb ik hier tot enkele jaren na de watersnood nog gewoond.

Bij de onderstaande foto:

Op deze foto zien we links Katrien Franke (gehuwd met de kapper Piet den Broeder), dan haar dochter Errie, Klazien Franke en Cor Franke.

Bij onderstaande foto:

Voor de overname was het een dames en herenkapper, zoals op deze foto uit 1943 is te zien. De vrouw is Mevr. van der Linden. Links haar zoontje Herman. Op de slede zit Annie Bakker, Jannie Groenenberg (Ldr) trekt de slede voort. Het huis verderop werd bewoond door Stok en daarachter was de opslag- en sorteerruimte van Franke en het pakhuisje van Franke. Linksachter wordt er iets gelost in de haven, de kar werd voortgetrokken door een afgezaagde auto.

Na het vertrek van vader heeft Aart Schelling van de Oudendijk hier nog geknipt, daarna is Koos Groenenberg gekomen. De kappersstoel van Koos stond op dezelfde plek als die van m’n vader. Ik heb altijd boven geslapen, bij het raampje aan oostelijke zijde, daar was een klein kamertje. Mijn moeder sliep beneden, in het noordelijke deel van de huidige woonkamer. Tijdens de watersnood zag ik vanuit het dakraam dat Rook Heikoop de achterdeur werd uitgespoeld, hij kon zich maar net vasthouden, anders was hij verdronken. Beneden hoorde ik in de kapperszaak de eau de cologne flesjes tegen de muren klotsen. Het pakhuis noemden wij ‘de schuur’, deze werd gebruikt door Van Schouwen, daarna is Achterberg daar komen wonen”.
Enkele jaren na de watersnood, op 15 maart 1955, vroeg J.J. Groenenberg een bouwvergunning aan voor de Kade 16 (toen nog Kade 18), hij deed een aanvraag voor een deur in de zijgevel ‘voor gepaste toegang tot zijn kapperszaak’. De Piershilse timmerman Jan Rozendaal voerde deze opdracht uit voor 400 gulden. Deze deur gaf toegang tot de kapperswinkel, op de plaats van de huidige woonkamer.

In de huidige woonkamer van Kade 16 (toen werd de kapperszaak van Koos nog aangeduid als Kade 19!)

Deze zaak werd een begrip in Piershil in omstreken. Het bord op de gevel moest worden aangepast, want ‘Koos de kapper’ (zoals hij al snel werd genoemd) was uitsluitend ‘Herenkapper’, al
maakte hij bij kinderen op jonge leeftijd geen onderscheid. Vanwege de locatie van zijn zaak was Koos werkelijk van alles op de hoogte in het dorp, hij had zicht op de dijk en de bushalte. In 1959 liet hij het raam in de oostelijke zijgevel groter maken, zodat hij via de spiegel in zijn zaak een nog beter uitzicht kreeg. In mei 1975 verhuisde de kapperszaak van Koos naar de Koningin Julianastraat 52, naar het voormalige waterleidinggebouw aldaar.

In de huidige woonkamer van Kade 16 (toen werd het adres van de kapperszaak van Koos nog aangeduid als Kade 19!)

Deze foto is bij Koos de Kapper (Groenenberg) aan de Kade gemaakt. Op die bank zaten klanten te wachten om geknipt te worden. Op deze foto, die werd gemaakt omstreeks 1960, zien we van links naar rechts: Janneke Groenenberg, Marianne van der Waal en Anja van den Ban.

1959 – De familie Van Hal

Henk van Hal werd de derde eigenaar van beide panden Kade 16 en Kade 18 (toen nog aangeduid als Kade 18 en Kade 20), aan het einde van de jaren vijftig. Uit de nalatenschap van Sneep nam hij de huizen over en ging met zijn echtgenote wonen op Kade 18. Op Kade 16 was toen al de kapperszaak van Koos Groenenberg gevestigd, terwijl de resterende woonruimte werd verhuurd aan Piet Wolters en zijn echtgenote Nel de Man. In 1959 werden de gevels in opdracht van Henk van Hal aangepast. Het langwerpige raam, links van de nieuwe deur in de zijgevel, werd vervangen door een meer vierkant exemplaar en de twee ramen in de voorgevel werden samengevoegd tot één kozijn, bestaande uit 3 delen. Het werk werd uitgevoerd door de Piershilse timmerman Jan de Pijper, voor een bedrag van 400 gulden. In 1963, nadat de schilder Piet Wolters en echtgenote hun nieuwe huis in de Prins Bernhardstraat (tegenwoordig nummer 29) konden betrekken, nam Koos Groenenberg zijn intrek in het huis en woonde dus in hetzelfde pand als waar hij z’n kapsalon had. Henk van Hal was eigenaar van een uienhandel, eveneens gevestigd op de Kade van Piershil. Dit bedrijf kende in de jaren zeventig en tachtig, met de vestiging van een nieuw bedrijfspand, haar hoogtepunt. In 1974 kwam het pand Kade 16 in het bezit van diens zoon, Henk van Hal junior. Samen met zijn echtgenote Ditty en zijn kinderen heeft Henk hier tientallen jaren gewoond. Voor dat mogelijk was moest eerst een ingrijpende verbouwing plaatsvinden. De woonkamer werd gesitueerd op de plaats van de kapperswinkel en op de bovenverdieping werden enkele slaapkamers gemaakt. Ook werden een nieuwe keuken en een nieuwe badkamer gebouwd, beide op de begane grond. Tijdens die verbouwing verdween ook de toegangsdeur tot de kapperszaak in de oostelijke gevel. Na het tijdperk ‘Van Hal’ kwamen de twee panden Kade 16 en Kade 18 voor het eerst in bezit van verschillende families. Henk sr. woonde tot zijn overlijden in 2009 aan de Kade. Henk jr. verkocht zijn huis aan de makelaar Bagro te Dinteloord en verhuisde met zijn echtgenote in 2011 naar Oud-Beijerland. De uienhandel is niet meer in het bezit van de familie, maar bestaat nog steeds op de Kade, onder de naam Mosselman.

2013 – De familie Van den Heuvel

Op 15 augustus 2013 werd de vijfde eigenaar van het pand Kade 16 te Piershil bij de notaris vastgelegd: de familie Van den Heuvel uit Piershil. Vanaf 2 november 2013 wonen ze in het pand, terwijl de aannemer W2-Bouw uit Nieuw-Beijerland nog bezig was met een ingrijpende renovatie van de bovenverdieping. Een nieuw dak (geheel in oorspronkelijke stijl), glimmende keramische dakpannen, kunststof ramen in de zijgevels, zes kunststof ramen in het dak, een badkamer, een nieuwe trap, nieuwe cv-ketel, kunststof dakgoten, kunststof waterafvoer, kunststof boeiborden alsmede een met behulp van korrels weer egaal gemaakte vloer zorgden voor nieuw leven in het ruim 100 jaar oude huis. Alleen de twee dakspanten zijn nu nog voor de helft zichtbaar, als contrast tussen toen en nu. De begane vloer van het pakhuis, compleet met eigen voordeur, werd betrokken door dochter Michelle terwijl zoon Robert de bovenverdieping van het pakhuis tot zijn beschikking kreeg. Na het vertrek van aannemer Harry van de Werken van W2 Bouw, vooral geselecteerd vanwege het innovatieve bouwen, konden Henk en Anita hun verdere wensen m.b.t. de tuin en de benedenverdieping in vervulling gaan brengen.

Boven in het pakhuis kwamen de vloerluiken weer tevoorschijn.

Knipsel ‘Waarom Kade 16 twee deuren heeft’ – AD Hoeksche Waard 5 januari 2016  

Fotoserie ‘Kade 16 voor 2000’

Fotoserie ‘Kade 16 na 2000’

Foto ‘Kade 16 in oktober 2015’