In de periode 1920 tot 1934 was Gerrit Thomas Smit bijna 14 jaar predikant te Piershil. Hij was een zoon van Hendrik Smit en Trijntje Voerman, geboren te Blokzijl op 7 mei 1859. Op 23 februari 1894 trouwde hij te Steenwijk met Anna Martha Beverwijk, zij was een dochter van Johannes Beverwijk en Trijntje Scheepstra,
geboren Steenwijk 28 juli 1860. Gerrit Thomas Smit studeerde aan de gymnasia van Zetten en Kampen en aan de Universiteiten van Amsterdam en Leiden. In 1893 was hij kandidaat in Groningen. Zijn echtgenote Anna Martha Beverwijk overleed in Piershil op 24 maart 1922, waar zij ook begraven werd. Dominee Smit vierde op 4 maart 1934 zijn 40-jarig jubileum in Piershil, een maand later was het tijd voor zijn emeritaat. Hij is overleden in Strijen op 10 september 1950, hier ligt hij sinds 13 september 1950 begraven.
Artikel ‘JUBILEUM Ds. G. Th. SMIT’ – 1934
Zondag 4 Maart jl. was het juist 40 jaren geleden, dat ds. G. Th. Smit te Daarle (Ov.) het predikambt aanvaardde. De kerkelijke gemeente van Piershil heeft gemeend dezen dag niet zonder meer te laten passeeren. Den avond ten voren heeft de Kerkeraad, mede namens Kerkvoogden, leden en anderen in en buiten de gemeente, den jubilaris gecomplimenteerd en een blijk van waardeering, bestaande uit een electrische salonlamp, en een prachtige bloemenmand, aangeboden.
Er kwamen dien avond nog bloemen, o.a. van de catechisanten, van de leerlingen der Openbare School en, van anderen. Op den jubileumdag zelf heeft de jubilaris voor het volle kerkgebouw een gedachtenisrede uitgesproken naar aanleiding van Psalm 146. Spreker ging zijn levensloop na in de verschillende vorige gemeenten: Daarle, Makkum, Longerhouw en Schettens, Poederooijen en Rijnzaterwoude, en liet daarbij uitkomen dat, zooals God. zijn leven geleid heeft, het goed was geweest.
Na de predikatie werd de jubilaris tocgesproken door den heer A. ’t Hart, lid van den Kerkeraad, die gewaagde van den band die ontstaan is tusschen de gemeente en haar herder en leraar. Spreker eindigde met het verzoek aan de gemeente om den jubilaris de bekende zegenbede uit Psalm 134 toe te zingen. Dominee dankte voor de vriendelijke woorden, hem toegesproken en voor de cadeaux en bloemen, maar niet het minst voor de genegenheid zijner gemeente, hem reeds gebleken bij zijn ziekte in 1931 en nu weer bevestigd bij zijn jubileum.
Van de gelegenheid tot feliciteeren ’s middags en ’s avonds werd druk gebruik gemaakt. Dinsdag d.a.v. werd ds. Smit door alle leerlingen der Openbare School, in één lokaal bijeen, ontvangen. De jubilaris werd namens alle kinderen gelukgewenscht door het hoofd der school, die tevens een sigarenkoker met sigaren als aandenken aan de school-catechisanten aanbood. Hierna werd hem toegezongen: ,,De Heer zal u steeds gadeslaan”. Ontroerd dankte dominee én voor de bloemen én voor het cadeau. Na afloop van deze plechtigheid werden alle leerlingen ruimschoots onthaald. Het is dezer dagen duidelijk gebleken, hoezeer Dominee de genegenheid zijner gemeenteleden bezit en velen zullen hem dan ook over een maand noode zien vertrekken. Moge hij nog vele jaren in Apeldoorn een welverdiende rust en een goede gezondheid genieten.
Artikel ‘Afscheid Ds. G. Th. SMIT te Piershil’ – De Zondagsbode
Zondag 8 April was het een weemoedige dag niet alleen voor de gemeente van Piershil, maar ook voor de vele vrienden, die van heinde en verre waren gekomen, en voor de Ringbroeders, die dezen Collega zoo noode zien heengaan, om de laatste prediking van den scheidenden leeraar, die ’s middags ten 2 ure zou plaats hebben, te beluisteren.
De kerk was overvol. Onder het zingen van Psalm 25 vers 5 en 6 beklom ds. Smit voor de laatste maal den kansel als predikant bij de Ned. Hervormde gemeente van Piershil. Dat hem zulks zwaar viel, bleek duidelijk uit zijn gebed, dat hij mocht opzenden tot den troon Gods, waarin hij sterkte en licht afsmeekte van den Heere en vroeg, dat de Heere een wacht voor zijne lippen mocht stellen, opdat zijn afscheid een zegenend afscheid moge zijn. God heeft het wel gemaakt en hem kracht geschonken voor deze voor hem zoo moeilijke ure. Als tekstwoord had Z:Eerw. gekozen 1 Cor. 15 vers 58: ,,Zoo dan, mijne geliefde broeders, zijt standvastig, onbewegelijk, altijd overvloedig zijnde in het werk des Heeren, als die weet, dat uw arbeid niet ijdel is in den Heere”. De hoorders werden achtereenvolgens bepaald: 1e. bij de vriendelijke toespraak; 2e. bij de ernstige vermaning; 3e. bij den krachtigen aandrang.
Met stille aandacht luisterde de groote schare naar deze laatste prediking van den geliefden en hooggeachten scheidenden leeraar. Deze laatste prediking was boeiend en werd met zooveel warmte en gloed uitgesproken, zoodat gewis bij menigeen de gedachte rees: moet deze dienstknecht nu scheiden van zijn werk, dat hem zoolief was? In zijn prediking legde hij getuigenis af van zijn liefde tot de oud-Vaderlandsche Kerk die hij gediend had meer dan 40 jaren, waarvan bijna 14 jaren in de gemeente Piershil, waarin hij het Evangelie van Gods genade in Christus gebracht heeft op den kansel, in de woningen zijner gemeenteleden, op de catechisatiën, bij de ziek- en sterfbedden. Ds. Smit was immers een ijverig en getrouw dienstknecht in het hem opgedragen ambt en in deze laatste prediking kon en moest hij spreken van zijn rotsvast geloof in de gebedsverhooring.
Daar waren oogenblikken, dat het den scheidenden leeraar bijna te zwaar viel in dit uur van afscheid, toen hij memoreerde hoeveel hij hier achterliet, denkende aan zijne geliefde en getrouwe echtgenoote, die hem ontvallen was en ook zijne nicht, die hem later tot steun was. Het stoffelijk overschot rust op dat kerkhof, waar ook hij zoo menigmaal kwam te staan. Maar de Heere heeft hem staande gehouden en gesterkt en berusting geschonken in ’s Heeren doen ook in dezen weg met hem. Na de prediking richtte hij zich tot verschillende personen buiten en in de gemeente, met wien hij om zijns werks wille met nauwe banden van vriendschap verbonden was, en in het bijzonder bracht hij zijn innigen dank aan den Kerkeraad, met wien hij zoo aangenaam had mogen samenwerken; in het bijzonder dankte hij den heer ’t Hart, voorlezer en Zondags-schooleider. Indien wij allen moesten noemen, die ds. Smit hartelijke woorden toesprak, dan zou dit te veel plaats vragen voor De Zondagsbode en wij zouden gevaar loopen iemand te vergeten. Laat het ons genoeg zijn te melden, dat uit alles bleek dat er banden waren gelegd van waarachtige vriendschap en hartelijke liefde en dat het den scheidenden leeraar goed zal zijn er in zijn dagen van rust nog over na te denken. De scheidende “leeraar werd toegesproken door ds. C. Heemskerk, emer. pred. van Dordrecht, wonende te Ter Aar ; door Ds. T. Stigter uit Berkel. Dit alles had een eer intiem karakter en getuigde van hartelijke vriendschap en broederlijke liefde. Verder door ds. Ten Bokkel Huinink, scriba van de Classis en praetor van den Ring Oud-Beijerland, pred. te Numansdorp. Het was – zoo getuigde de scriba – hem o zoo zwaar gevallen de acte van ontslag uit de Classis voor dezen broeder te teekenen; hij ziet hem zoo noode heengaan, hij zag hem nog zoo gaarne zijn arbeid in de gemeente en ook daarbuiten te blijven vervullen. Ds. Ten Bokkel Huinink deed in zijn spreken zoo uitkomen, dat hij door innige vriendschapsbanden aan den scheidenden leeraar was verbonden, maar ook hij wil berusten indezen weg en verblijdt zich dat ds. Smit de Vragenbus in De Zondagsbode hoopt te blijven behandelen. Tenslotte sprak ds. Jonkers als consulent woorden van hartelijken dank en waardeering namens den Kerkeraad voor alles wat ds. Smit in de gemeente had gedaan en verzocht de gemeente ds. Smit staande toe te zingen de zegenbede uit Psalm 134 vers 3.
Afbeelding ‘Afscheidspreek bij Emeritaat’ – 3 juni 1934
Van de afscheidspreek werd onderstaand boekje uitgegeven.
Diep geroerd bedankte ds. Smit voor ’t hem toegesproken woord en voor de zegenbede, die hem was toegezongen, waarna hij voor de laatste maal de hand op de gemeente legde, om haar over te geven aan Gods liefde, Christus’ genade en de gemeenschap des H. Geestes. Na den dienst kwamen nog zeer velen in de consistorie en in de pastorie de hand drukken van ds. Smit om hem alles goeds te wenschen voor zijn vertrek naar Apeldoorn. Moge zijn laatste levensavond gezegend zijn! Nog zij gemeld dat behalve de genoemde predikanten nog als ringcoliega’s tegenwoordig waren: ds. Gerrits, ds, Van Rennes en ds. Hugenholtz. Als ouderling-lid van het Prov. Kerkbestuur de heer A. Sneep te Numansdorp, die ook nog zoo gaarne een woord tot zijn medelid ds. Smit zou hebben gesproken, hetgeen door eene vergissing echter niet geschieden kon. Voorts waren aanwezig de EdelAchtb, heer Burgemeester Tjalma en dr. Hameetman met hunne vrouwen, tot wien ds.Smit hartelijke woorden van sympathie had gesproken, Ook dr. Ten Bokkel Huinink was uit Rotterdam overgekomen. Onze innige bede is het, dat de Heere u, hooggeachte Collega, in Apeldoorn met Zijne genade
moge omringen.
Foto ‘Dominee met echtgenote’
Gerrit Thomas Smit poseert met echtgenote Anna Martha Beverwijk.
Artikel ‘Negentigjarige predikant hield nog een keer een preek’ – 1949
Alle goede wensen voor welverdiende rust en een goede gezondheid werden vervuld voor Dominee Smit. Hij overleed op 91-jarige leeftijd, een jaar daarvoor haalde hij nog de pers vanwege een preek in Apeldoorn.
APELDOORN — De negentigjarige ds. G. Th, Smit, emeritus predikant der Ned. Herv. gemeente van Piershil, die in Apeldoorn woont, heeft Zondagavond in de Grote Kerk van Apeldoorn nog een keer een preek gehouden. De hoogbejaarde predikant droeg zijn preek in vlot tempo en geheel uit het hoofd voor. Aan het eind verklaarde hij, blij te zijn dat hij niet had geluisterd naar hen die meenden, dat hij te oud was voor het het vervullen van een predikbeurt. De bewogen gemeente zong de bejaarde leraar een zegebede toe.