1968 – Het uitbreken van het interieur

In mei 1968 gingen de werkzaamheden van start: het uitbreken van het interieur. Als eerste werden orgel, banken, preekstoel, rouwborden en de grafzerken uit het T-vormige gebouw verwijderd, daarna volgde de rest. Sommige spullen werden opgeslagen in het Meestershuis, anderen werden afgevoerd voor restauratie. Alles moest leeg, zodat er steigers konden worden geplaatst.

Fotoserie ‘Het uitbreken van het interieur’ – mei 1968

Overleg over de werkzaamheden.

Het afvoeren van materiaal voor restauratie.

Het orgel wacht op demontage.

Dhr. Koppejan uit Ederveen bij het gedemonteerde orgel.

Hemelvaartdag 1968; de muren zijn afgebikt en het orgel is verdwenen. Het familiewapen van Van Hesse is tevoorschijn gekomen.

Ook deze teksten kwamen tevoorschijn.

Het uitbikken en afvoeren van de grafzerken en bodemplaten.

Tijdens het verwijderen van de graven bleken er, vanwege ruimtegebrek, ook lichamen onder de muren te zijn begraven. Bij de afvoer van de stoffelijke overschotten van de notabelen werd niet zorgvuldig gehandeld. Een persoonlijke anekdote van mij (Henk van den Heuvel): Ten tijde van deze werkzaamheden was ik zes jaar oud. We gingen toen vaak voetballen op de trainingswei (daar waar later de nieuwe uienhal werd gebouwd). We gingen altijd, ook als het regende. We zagen dat de gemeenteman Gardenier om de zoveel tijd hoopjes aarde kwam afleveren met zijn tractor, het werd gestort langs het dijkje bij die wei. Na een aantal ritten werden de grondhoopjes hoger en ging het steeds harder regenen. Al voetballend werd onze aandacht getrokken door witte ballen, zij werden in de hoopjes grond door de aanhoudende regen blootgelegd. Vreemde ballen, met gaten er in, maar we zagen er wel de lol van in. Tot Gardenier weer terug kwam met een vrachtje grond. Hij zag wat we aan het doen waren en trok wit weg. ,,Wat zijn jullie aan het doen”, schreeuwde hij. Normaal een rustige en aardige man, dus we begrepen dat we iets deden wat niet mocht. Hij vertelde ons geschrokken dat we met dode mensen aan het voetballen waren. Wisten wij veel, ik had nog nooit een ‘schedel’ gezien.      

Dominee van de Graaf vermaakt zich.

Zorgvuldigheid bij alles wat bewaard moet blijven.

Het kerkschip moest leeg worden opgeleverd, dan kunnen de steigers er in. Hemelvaartdag 1968; de muren zijn afgebikt en het orgel is verdwenen. Het familiewapen van Van Hesse is tevoorschijn gekomen.

De achtermuur van de kruiskerk, links de deur naar de consistorie.

Achter de schout- en schepenenbank kwam een nis tevoorschijn.

Het afvoeren van interieur en inrichting.

Opslag in het Meestershuis van meubilair.

Het dak van de preekstoel, wachtend in de sneeuw.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.