2023 – De herdenking van Willem Hoek

Dit artikel is gepubliceerd in de Hoeksche Waard Exclusief van 28 februari 2023 (website HWE). U kunt dit artikel downloaden in PDF-formaat: HWE-willem-hoek-april2023 

Zolang wij hun namen noemen, zijn zij niet vergeten en leven zij voort

De herdenking van Willem Hoek

Jaarlijks wordt op diverse plaatsen in de Hoeksche Waard een waardevolle dodenherdenking georganiseerd. Een kerngedachte daarbij is: ‘Zolang wij hun namen noemen, zijn zij niet vergeten en leven zij voort’. Dit artikel is geschreven ter nagedachtenis aan Willem Hoek, op 15 november 1944 in koelen bloede dood geschoten door een Duitse militair.

In november 1944 werd de Zuidzijde (Nieuw-Beijerland) opgeschrikt door een laffe oorlogsdaad. In de oorlogsjaren daarvoor was het betrekkelijk rustig geweest in dit buurtschap. Manschappen van het bezettingsleger hadden weliswaar intrek genomen in vrijwel alle woningen, maar zoals overal in Nederland moesten deze soldaten zich aan regels houden. Zo kon een Duitse soldaat die op eigen houtje een kip kwam vorderen worden aangegeven bij de Ortskommandant. De Duitse soldaten verbleven graag in Nederland, ons land werd zelfs gebruikt om de soldaten even rust te geven. Kerstvieringen werden niet zelden door Nederlanders en Duitsers gezamenlijk bijgewoond.

In de laatste oorlogsjaren veranderde de verstandhouding met de bezetter drastisch. Zuidzijde werd overspoeld door terugtrekkende Duitsers. Frontsoldaten, gehard en vermoeid door de strijd, die geen enkel weerwoord duldden. Voor hun komst was het zaak de Duitsers te laten merken dat je niet bang voor hen was, je kon ze gerust een weerwoord geven wanneer er iets niet beviel. Na hun komst kon een dergelijke houding levensbedreigend zijn, zoals Willem Hoek ondervond. Hij stond bekend als een eenling, die zich niet de wet liet voorschrijven. Over de inkwartiering van de Duitsers aan de Zuidzijde had hij een uitgesproken mening. Tegen Arie Schelling, destijds geëvacueerd bij diens oom Jan van der Giessen aan de Noorddijk, had hij gezegd: “Als de Duitsers komen voor inkwartiering, steek ik ze aan de riek”. In een brief, gedateerd 14 november 1944, schreef Willem Hoek aan zijn zus Elisabeth: “De Zuidzijde zit ook vol, in elk huis zijn twee tot zeven soldaten ingekwartierd. Alleen ik heb er tot heden geen last van, wonderlijk”.

De dag daarna werd er in de middag toch aangeklopt op het adres Zuidzijdsedijk B102 (tegenwoordig nummer 54) door Duitsers. Toen er geen reactie kwam betraden de Duitsers via de achterdeur het huis. Willem Hoek had zich verschanst in zijn slaapkamer en weigerde de deur te openen. Barend Koesveld en echtgenote, die een stal van hem gebruikten, probeerden Hoek te overreden de deur te openen. Ook probeerden ze tijd te winnen door de Duitsers naar de voordeur te sturen, om in de tussentijd Hoek te overtuigen van de ernst van de situatie. De Duitsers bleven echter volharden in geschreeuw en sommeerden Hoek de deur te openen. Toen hij dat eindelijk deed kwam hij met zijn aangekondigde hooivork tevoorschijn. Vrijwel onmiddellijk werd Hoek enkele malen beschoten. De dokter werd gewaarschuwd en voor de achterdeur werd een Duitse schildwacht geposteerd. Vanuit het keukentje hoorde Mevrouw Koesveld de gewonde Hoek roepen maar ze mocht niet naar hem toe. Toen ze even later in de stal was kwam hij naar haar toe gekropen en zei: “Ze hebben me twee keer doodgeschoten”. Hij slaagde er nog in zijn sleutels naar mevrouw Koesveld te werpen en maakte duidelijk dat zijn kostbaarheden in veiligheid gebracht moesten worden. Om half drie die middag is Willem Hoek overleden. Dokter Doornbos kon niets meer voor hem doen en noteerde als doodsoorzaak op de akte van overlijden ‘schot in de buik’.

Omdat de Duitse soldaten hadden aangegeven al in de avond het huis te willen betrekken is het lichaam door Teun Vos en de buurtbewoners Willem Troost en Willem Tak met een karos naar het lijkenhuisje in Nieuw-Beijerland gebracht. Met behulp van de sleutels die Hoek aan mevrouw Koesveld had gegeven werd zijn kluis geopend. De inhoud werd gedeponeerd bij een notaris. Vlak nadat ook andere bezittingen waren veilig gesteld kwamen de Duitsers, die tot april 1945 in het huis bleven wonen. De begrafenis van Willem Hoek vond plaats op 18 november 1944 op de Algemene Begraafplaats te Nieuw-Beijerland, onder toeziend oog van Teun Vos, die ook alle bijbehorende formaliteiten voor zijn rekening heeft genomen.

Nationaal Ereveld Loenen

Nationaal Ereveld Loenen is de laatste rustplaats van bijna 4.000 Nederlandse oorlogsslachtoffers: militairen en burgers. Zij verloren hun leven tijdens de Tweede Wereldoorlog of tijdens gewelddadige conflicten daarna – zoals in voormalig Nederlands-Indië of tijdens internationale (vredes)missies. De graven op het ereveld liggen bijna onopvallend verspreid over een bosgebied. Hier zijn geen rechte rijen met kruisen, maar graven, ingericht met liggende stenen. Het ontwerp van het ereveld is kenmerkend. De graven liggen in rijen langs paden die slingeren door een bosgebied met een totale oppervlakte van 17 hectare. Er zijn geen rechtopstaande stenen of kruisen. Elk graf heeft een liggende witte steen van uniform formaat.

Een lange weg voor erkenning

De herdenking van Willem Hoek is vanaf het begin niet bepaald respectvol verlopen. Zijn lichaam komt eerst terecht in een naamloos graf in Nieuw-Beijerland. In 1950 wordt de burgemeester schriftelijk benaderd door de Oorlogsgravenstichting (OGS): ,,Omdat dit graf niet van een grafteken is voorzien, en de stichting van mening is dat de graven van alle Nederlandse oorlogsslachtoffers niet aan de vergetelheid mogen worden prijsgegeven, stellen wij voor als stichting het graf van een uniforme steen en omlijsting te voorzien”. Het meegestuurde voorstel, uitgevoerd in Vaurion (kalksteen uit Frankrijk), behelst ook dat de OGS dan eigenaar wordt van het graf; het zal nooit meer worden geruimd. Het voorstel wordt echter afgewezen door het gemeentebestuur, de omlijsting is 15 centimeter groter dan de plaatselijke regels toestaan. Als compromis wordt besloten alleen een steen te plaatsen, geen omlijsting. In 1954 meldt de OGS zich weer bij de burgemeester. Het dossier van Willem Hoek is niet volledig; er wordt navraag gedaan naar zijn verblijf gedurende de oorlogsjaren. In 1976 meldt de OGS zich voor de laatste keer. Het verzoek om het stoffelijk overschot van Willem Hoek op te graven en over te brengen naar de erebegraafplaats in Loenen wordt door de burgemeester ingewilligd. Ruim twintig jaar later, bij de onthulling van het Herdenkingsmonument Korendijk in Piershil, is zijn naam een opvallende afwezige. ‘Om het leven gekomen als gevolg van zijn houding ten opzichte van de bezetter’, één van de vereisten om op dit monument te worden vermeld, lijkt speciaal voor hem te zijn opgesteld. Toch wordt zijn naam door het comité afgewezen, een verklaring daarvoor ontbreekt. Pas in 2011, bij de totstandkoming van het Monument Burgerslachtoffers WO2 Korendijk, komt zijn naam op een monument terecht. Ook andere slachtoffers, ten onrechte afgewezen of over het hoofd gezien door het comité uit 1998, krijgen bij deze gelegenheid een naamsvermelding op het nieuwe herdenkingsmonument.    

Willem Hoek werd geboren op 8 februari 1884 als zoon van Jan Hoek (4 oktober 1856, Nieuw-Beijerland) en Leuntje van der Hoek (3 januari 1856, Piershil). Jan en Leuntje trouwden op 5 mei 1881 te Piershil en kregen 3 kinderen: Elisabeth (30 januari 1882), Willem en Jan (20 oktober 1888).

Willem Hoek poseert, samen met zijn nicht.

Updated: januari 30, 2024 — 1:14 pm
  1. “Janus Zevenbergen van de Zuidzijde”, een boek van Pleun Troost, maakt melding van deze gebeurtenis. Boeiend.

    1. Nooit geweten! Zou je mij die betreffende pagina’s eens willen mailen? (foto’s van die pagina’s, graag naar hvdh1234@gmail.com)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.