Voorstraat 17 in Piershil is één van de huizen die bij de oprichting van het kadaster al op het minuutplan werd ingetekend (zie 1820 – Kadastrale kaarten). In 1820 werd het bezit huis en erf aangeduid met A433 en de bijbehorende tuin met A432, eigenaar was op dat moment Bastiaan Schenk. Dit betekent dus dat het huis ouder is dan 1820 en dat een exact bouwjaar waarschijnlijk niet meer kan worden achterhaald.
Minuutplan Piershil – 1820
Het huis staat aangeduid als A433, de bijbehorende tuin als A432.
Eigenaar rond 1820 was Bastiaan Schenk. Perceel ‘Het Dorp A433’ bestond uit een huis met erf, met een grootte van 250 m2. Daarachter lag een grote tuin, perceel ‘Het Dorp A432’, met een grootte van 233 m2. Bastiaan Schenk (1787-1835) was timmerman van beroep en gehuwd met Adriana Ketting (1786-1847).
Na het overlijden van Bastiaan werden de twee percelen gekocht door Cornelis van Ekelenburg, zowel Het Dorp A433 (huis en erf) als de achterliggende tuin die toen werd aangeduid als Oud Piershilsche Polder A432. Cornelis was timmerman, net als degene aan wie hij alles weer doorverkocht in 1847.
Dirk David van Dijk, de nieuwe bezitter van de twee percelen, met een totale oppervlakte van 483 m2, was timmerman en meester molenmaker. Diverse molens staan op zijn naam, waaronder de Piershilse molen Simonia uit 1845 (zie 1891 – Dik Trom en de molen van Piershil). Dirk (1821-1905) was getrouwd met Willemijntje Andeweg (1805-1890). Omdat Dirk David ook vanaf 1854 eigenaar werd van de naastgelegen percelen A434 (huis, schuur en erf, 136 m2) en A435 (tuin, 144 m2) werd de totale oppervlakte van de 4 percelen 763 m2.
In 1857 werden de vier percelen verkocht aan Jacob van Bergeijk, eveneens timmerman van beroep. Hij was getrouwd met Jannetje de Fonkert, met wie hij zich op dit adres vestigde. In 1864 staken zij de straat over en kochten de hoeve die meteen werd gesloopt en opnieuw werd opgebouwd, later aangeduid als Voorstraat 20 (zie 1864 – Voorstraat 20).
Eigenaar van Dorp A432 (tuin), A433 (huis en erf, later het cafépand), A434 (huis, schuur en erf) en A435 (tuin) werd vanaf dat moment de vlasser Huig Groeneveld (1825-1916), getrouwd met Lena Trouw (1838-1939).
Leggerartikel 392 – Het bezit van Huig Groeneveld
In 1898 verkocht Huig alles aan de koopman Hendrik ’t Hart (senior). Op dat moment werd de schuur gesloopt en een klein gedeelte van de tuin verkocht. Wat resteerde was een bezit van 736 m2, als volgt kadastraal aangeduid: Dijkstraat A433 (huis, erf, 250 m2), Dijkstraat A434 (huis, erf, 136 m2), ’t Dorp A907 (tuin, 216 m2) en ’t Dorp A908 (tuin, 124 m2). Hendrik (1838-1901) was getrouwd met Jannetje de Jong (1840-1905).
Eén van hun zoons, de werkman Hendrik ’t Hart (junior), werd daarna de nieuwe eigenaar van het bezit. Rond 1908 startte hij vanuit zijn huis A433 een café en werd kastelein (zie 1908 – Café ’t Hart). Het tweede huis (A434), staande vlak naast het cafépand, werd in 1921 gesloopt. Hierdoor ontstond een vrije doorgang naar de achterzijde van het pand en de bijbehorende tuinen.
Hendrik ’t Hart junior (1871-1934) was getrouwd met Jannetje van Gameren (1882- 1956), zij zette het café voort onder naam de naam Weduwe ’t Hart. Als eerste liet ze het cafépand vergroten in 1935, op de plek waar eerder een huis stond werd, op een smalle steeg na, de oostelijke kant van de caféruimte gebouwd. Hier kwam later het biljart te staan. Vermoedelijk werd de smalle steeg vrijgehouden om toegang te houden tot een later project, de bouw van een vergaderzaal.
Foto ‘Vergroting cafépand’ – 1950
Op deze foto van omstreeks 1950 is duidelijk te zien dat het gedeelte rechts van de deur later (in 1935) werd aangebouwd.
Ook werd vermoedelijk rond rond deze tijd een nieuwe grote schuur gebouwd, deze ging later door brand verloren (zie 1969 – Schuur in centrum afgebrand).
In 1939 werd het pand uitgebreid met een vergaderruimte (zie 1939 – Een vergaderzaal in het café) en in 1953 met een kleedkamer.
Na het overlijden van Jannetje in 1956 kwam het complete bezit van 4 percelen (aangeduid als Dorpsstraat A433, A434, A907 en A908) met een grootte van 736 m2 door erving eerst in het bezit van haar drie dochters. Eén van hen, Hendri Anna Louise ‘t Hart, werd samen met echtgenoot Willem van der Jagt vanaf 1958 eigenaar. Bij die gelegenheid werd alles samengevoegd tot Dorpsstraat A1306. Zij dreven het café meer dan 10 jaar (zie 1958 – Café Van der Jagt), daarna werd het van hun gepacht door de drankenhandel M. de Graaff uit Zuid-Beijerland, die het pand onderverhuurde aan diverse uitbaters (zie 1908 – Overzicht uitbaters café). Het bezit van 736 m2 werd later gesplitst in Beatrixstraat C184 en Voorstraat C185 . In 1984 kocht F. Zandvoort (Joop en Francien) het perceel C185 (caféhuis, erf en schuur, 340 m2); Frans de Buck (de zoon van de bakker) werd eigenaar van C184 (10 garages, erf, 396 m2) in 1998.
Later kwam het cafépand in het bezit van de drankenhandel M. de Graaff uit Zuid-Beijerland, het café werd verpacht aan diverse uitbaters tot 2017 (zie 1986 – Café ’t Hof van Piershil). Hierna werd het pand in 2018 te koop aangeboden en verkocht. De nieuwe bewoners gebruikten het pand als woonruimte.
Foto’s ‘Cafépand te koop’ – 19 april 2018
Foto ‘pand in gebruik als woonruimte’ – 17 mei 2024
In 2024 kocht Peter Koenraadt het pand (zeer snel) en maakte er weer een café van (kadastraal bekend als C185, 340 m2). Het gehele pand werd gerenoveerd (zie 2024 – Het café wordt weer een café); de voormalige vergaderzaal werd woonkamer, door een toiletgroep gescheiden van de caféruimte. Op 31 december 2024 werd café Proost, reeds gedurende de voortgaande verbouwing, geopend (zie 2024 – Café Proost).
Foto’s ‘Zeer snel verkocht’ – 12 juli 2024
